Straten met een snelheidslimiet van 30 kilometer per uur zijn juist „vaak onveilig”, constateert verkeersveiligheidsorganisatie 3VO. In het beste geval kunnen kinderen van vijf jaar en ouder er min of meer zonder risico spelen.Auto’s blijken in deze straten nog altijd „zeer dominant”, meldde 3VO dinsdag na onderzoek. Twee derde van de 30 kilometer wegen is amper voorzien van drempels, wegversmallingen en andere obstakels om het autoverkeer tot een lagere snelheid te dwingen. Veel auto’s rijden daardoor nu nog te hard door de woonwijk.

In dergelijke straten mogen kinderen vaak pas vanaf 6 jaar oud zelf buiten spelen. Ten opzichte van de oude snelheidslimiet van 50 kilometer per uur in de woonwijken is dit volgens 3VO geen verbetering.

De verkeersveiligheidsorganisatie wil de 30 kilometerstraten niet als mislukt afvoeren. Gemeenten moeten doorgaan met de aanleg van deze woongebieden, maar daarbij ook de wegen aanpassen, stelt 3VO. In de praktijk blijkt immers meer dan een verkeersbord met snelheidslimiet alleen nodig om het verkeer gas te laten terugnemen.

Straten met een maximumsnelheid van 15 kilometer per uur voldoen wel aan de eisen van 3VO voor veilige, kindvriendelijke straten. De organisatie vindt dat kinderen vanaf 4 jaar oud zelfstandig en veilig buiten in de buurt van hun woonhuis moeten kunnen spelen.

In 1997 ging het programma ”Duurzaam veilig verkeer” van start. De aanleg van 30 kilometerzones in woonwijken maakt deel uit van dat programma. Andere maatregelen hierin zijn bijvoorbeeld de ”bromfiets op rijbaan” en de voorrangsregel op de rotonde. 3VO heeft nu de effecten van dat programma onderzocht.