Meer omzet voor detailhandel
De detailhandel heeft in de maand april 6,4 procent meer omgezet dan in dezelfde maand een jaar eerder.
De prijzen stegen volgens voorlopige cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) in april met 3,7 procent. Het omzetvolume nam daardoor toe met 2,6 procent, zo blijkt vandaag uit cijfers van het CBS.
De Nederlandse consumenten gaven in april 6,5 miljard euro uit bij de detailhandel. Dat komt neer op gemiddeld 960 euro per huishouden. De consument besteedde gemiddeld 360 euro aan eten, de overige 600 euro ging naar zogenoemde non-foodartikelen.
De sterke prijsstijging van etenswaar vlakte volgens het CBS de afgelopen maanden wat af. Bij de supermarkt, de slager en in de groentewinkel lagen de prijzen in april 3,5 procent hoger dan in dezelfde periode een jaar eerder. In de eerste maand van dit jaar betaalde de klant nog 7,5 procent meer dan in de eerste maand van 2001.
De totale omzet in de levensmiddelensector steeg met bijna 9 procent. In de non-foodsector boekten vooral de textielsupermarkten (bijna 17 procent) en de drogisterijen (ruim 11 procent) fors meer omzet. Ook de doe-het-zelfbranche realiseerde een meer dan gemiddelde omzetgroei.
De omzet van de winkels die huishoudelijke artikelen, consumentenelektronica en woninginrichtingartikelen verkopen, lag volgens het CBS duidelijk onder het gemiddelde.