Wijze raad voor de opvoeders
Titel: ”De geestelijke kwekerij. Over christelijke opvoeding der kinderen”
Auteur: Johannes de Swaef, hertaald door dr. ir. J. A. Bunt
Uitgeverij: Kool, Ederveen, 2005
ISBN 90 6423 205 9
Pagina’s: 254
Prijs: € 29,95.
Het kabinetsplan om scholen te verplichten kinderopvang te regelen als een grote groep ouders daarom vraagt, deed dr. ir. J. A. Bunt de afgelopen weken vaak terugdenken aan het boek dat hij hertaalde. „Dit is zo lijnrecht tegen alle aanbevelingen van De Swaef in.” De Swaef, Koelman, Teellinck. Het zijn de vertegenwoordigers van de Nadere Reformatie die ouders en onderwijzers richtlijnen voor de opvoeding aanreikten. Bij de opening van de nieuwbouw van de Johannes de Swaefschool voor praktijkonderwijs in Ede verscheen vorige week een heruitgave van ”De geestelijke kwekerij” van de Middelburgse schoolmeester De Swaef.
Bunt zette het boek in nog geen twee maanden tijd over in hedendaags Nederlands. Daarna werd het een- en andermaal gecorrigeerd. „We wilden een concordante vertaling, zo dicht mogelijk bij de oorspronkelijke tekst.”
Ontlezing
De 67-jarige landbouwkundige uit Rhenen besteedt de laatste jaren een groot deel van zijn tijd aan het hertalen van eeuwenoude boeken. „In mijn jeugd las ik behoorlijk veel, maar daarna ging ik studeren, ik trouwde, kreeg een baan. Voor theologische boeken had ik geen tijd en geen interesse. ’s Zondags las ik De Wachter Sions, als ik niet te slaperig was, en daar bleef het bij. Op mijn 42e jaar is dat radicaal veranderd. Toen kreeg het de interesse van mijn hart.”
Bunt leest nu veel. „Als je de boeken herschrijft, ben je vooral met de taal bezig en raakt de inhoud wel eens op de achtergrond. Daarom lees ik ze na verschijning voor mezelf nog eens rustig door. Drie boeken over de Openbaring van Johannes (met ruim 1600 pagina’s) van Durham bijvoorbeeld, en drie boeken van ds. H. R. van Lier. Ik probeer deze werken uit vroeger tijd weer onder de aandacht van de mensen te brengen. Dat er steeds minder gelezen wordt, vind ik een van de ergste dingen van onze tijd.”
Er staan nog verscheidene uitgaven op stapel bij uitgevers als R. van der Meijden in Kesteren en F. N. Snoek in Ermelo: ”Erfenis des hemels” (ds. T. Rochers), ”Schotse geloofshelden” (John Howie) en biddagpreken van J. Visscherus.
Sieraad
De Ederveense boekhandelaar G. Kool verzorgde de heruitgave van De Swaefs ”De Geestelycke Queeckerije/ Vande ionge Planten des Heeren/ op datse mochten werden Boomen der Gerechtigheydt/ ten pryse des Alderhooghsten/ cieraed van syne voor-Hoven/ ende der Planten behoudinge: Ofte tractaet vande Christelycke opvoedinghe der Kinderen”.
Bunt haalt de fotografische herdruk voor de dag die hij tijdens het hertalen gebruikte: kleine letters, niet altijd even duidelijk, de tekst in oude en de voetnoten in nieuwe druk. Monnikenwerk.
De Middelburgse onderwijzer publiceerde het boek in 1621. In 1740 verzorgde Jacobus Willemsen, predikant in diezelfde stad en vanaf dat jaar hoogleraar, een heruitgave. Die was eens zo dik als de vorige versie, want Willemsen voorzag de tekst van voetnoten en voegde er een uitgebreid woord vooraf aan toe. „Die inleiding is eigenlijk het mooiste deel van het hele boek”, vindt Bunt. „Ds. Willemsen behandelt daarin de jeugd van de Heere Jezus en daaruit trekt hij lessen voor de huidige opvoeders. Heel leerzaam. In de voetnoten verwijst hij veel naar andere bronnen. De Swaef zelf deed dat niet zo.”
Het boek was zeldzaam geworden. „De Swaef en Koelman worden in de reformatorische onderwijswereld vaak genoemd, maar het boek van De Swaef was al lange tijd nauwelijks meer te krijgen. P. Kuijt verzorgde in de jaren vijftig (herdrukt in de jaren tachtig) een heruitgave in zijn serie ”Koop de waarheid en verkoop ze niet”, maar daarin ging hij vrij met de oorspronkelijke tekst om. Ik wilde daar zo dicht mogelijk bij blijven, ook wat zinsbouw en woordkeus betreft.”
Al naar de begaafdheid
Deze week kwam het boek in de handel, inclusief de toevoegingen van ds. Willemsen. Tijdens de opening van de Johannes de Swaefschool in Ede ontvingen leerlingen en genodigden een speciale editie, met een groengekleurde omslag waarop een foto van leerlingen van deze school voor praktijkonderwijs (PRO) prijkt.
„Juist voor leerlingen van het speciaal onderwijs is zo toepasselijk wat De Swaef ouders adviseerde: dat ze hun kinderen een beroep moeten laten leren „al naar de begaafdheid hunner kinderen.” Hij laat in zijn boekje ook anderen aan het woord, zoals William Perkins, die schreef: „Let op twee dingen: hun genegenheden en hun natuurlijke gaven. Laat de kinderen maar eens hier en daar kijken, wat oefenen, eer hun definitief een keuze wordt opgelegd. Een kind ergens toe dwingen waartoe hij niet geschikt is, is zoveel als iemand, die tasten wil, de tenen laten gebruiken en niet zijn vingers, de leden van het lichaam op een andere plaats zetten.”
Actueel
Zo zijn tal van opvoedkundige adviezen van De Swaef uiterst actueel, zegt de hertaler. „Hij prijst de voordelen van borstvoeding aan. Daar komen we tegenwoordig opnieuw achter. Ook voor de voeding op latere leeftijd heeft hij waardevolle adviezen: niet te zout, niet te zoet, geen rauwe vruchten. Over de kleding zegt De Swaef eveneens mooie dingen.
Hij behandelt de tijdsbesteding van kinderen, de zorgplicht van de ouders, de omgang met zieke kinderen, het belang van sparen voor later. Bij het kiezen van een beroep moeten ouders zich afvragen: Hoe zal mijn kind het best God kunnen dienen en kerk en staat ten nutte kunnen zijn?”
De Tien Geboden worden een voor een behandeld in het kader van een godzalige opvoeding. De Swaef schrijft over de doop, de catechese, de schoolkeuze, de taak van kerk en overheid. Steeds verwijst hij terug naar Gods Woord.
Een kind heeft de ene keer bemoedigingen nodig, de andere keer bestraffingen. Dat bestraffen moet echter nooit zo gebeuren dat een kind alle moed verliest. De overheid neigt er soms naar kastijden strafbaar te stellen, maar het kan nodig zijn als scherpe bestraffingen niet helpen. De Swaef klaagt over ouders die het de meester kwalijk nemen dat hij hun kind straft.
„Door de opvoeding moeten de kinderen ”deghe” geschikt, voor de maatschappij zijn. Er is echter iets wat nog belangrijker is: door het hele boek heen proef je de noodzaak van bekering.”
Bunt werkte met veel genoegen aan het boek. „Er staat zo veel onderwijs in. Ouders, leerkrachten, maar ook oudere kinderen kunnen hier heel veel uithalen.”