Buitenland

Poolse presidentsverkiezing spannend tot het laatst

WARSCHAU - In Polen vindt zaterdag de beslissende ronde van de presidentsverkiezingen plaats. Wie het nieuwe staatshoofd wordt, is ongewis. Weliswaar heeft de liberale Donald Tusk nog altijd een voorsprong op zijn conservatieve concurrent Lech Kaczynski, maar die wordt langzaam kleiner.

21 October 2005 20:43Gewijzigd op 14 November 2020 03:05

Aan de verkiezingscarrousel in Polen komt morgen een einde. Op 25 september kozen de Polen een nieuw parlement, twee weken geleden bepaalden ze wie er doorgingen naar de tweede ronde van de presidentsverkiezingen, en morgen moet definitief duidelijk worden wie de opvolger wordt van de nog altijd populaire Aleksandr Kwasniewski, wiens ambtstermijn er na twee perioden van vijf jaar op zit.Winnaar van de parlementsverkiezingen werd de partij Recht en Gerechtigheid (PiS) onder leiding van Jaroslav Kaczynski - tweelingbroer van de man die morgen tot president hoopt te worden gekozen. PiS sleepte net iets meer stemmen in de wacht dan het Burgerplatform (PO) van Jan Rokita, waartoe ook Donald Tusk behoort. Beide partijen willen samen een regering vormen, maar omdat ze tevens elkaars rivalen zijn in de strijd om het presidentschap, liggen de gesprekken daarover op dit moment stil.

Sinds de parlementsverkiezingen heeft met name Kaczynski geen moeite gespaard om de verschillen tussen zijn partij en de PO aan te dikken. Zo waarschuwt de huidige burgemeester van Warschau de Polen voor het marktliberalisme van het Burgerplatform, dat volgens hem de solidariteit in zijn land onder druk zet. Kaczynski verzet zich vooral tegen de door de PO voorgestelde ”flat tax”, een uniform belastingtarief van 15 procent voor zowel de inkomens- en de vennootschapsbelasting als de btw.

Verder dweept Kaczynski, die vooral op het platteland en in de kleine steden veel steun geniet, met zijn rooms-katholicisme en patriottisme. De links-clericaal pleit voor een grondwetswijziging die een Vierde Republiek moet inluiden, waarin een sterke rol is weggelegd voor de president. De nieuwe republiek moet een einde maken aan het post-communisme met zijn vele corruptieschandalen en het begin vormen van een „morele revolutie.”

De strijd wordt zo fel gevoerd, dat sommige Polen zich afvragen hoe PO en PiS na de verkiezingen verder moeten. Toch zijn de verschillen niet zo groot als de presidentskandidaten ze afschilderen. De flat tax wijkt in de praktijk maar weinig af van de voorgestelde belastinghervorming van PiS. Die wil een stelsel van twee tarieven -18 en 32 procent- waarbij het laatste tarief maar voor zo’n 1 procent van de belastingbetalers geldt. Daarnaast heeft Tusk aangegeven dat een homohuwelijk onder hem net zo onwaarschijnlijk is als onder zijn rivaal.

De strijd om het hoogste ambt kreeg afgelopen week een nieuwe dimensie, toen het oorlogsverleden weer eens werd opgerakeld. De campagneleider van Kaczynski beweerde dat de grootvader van Tusk tijdens de Tweede Wereldoorlog aan de zijde van de Duitsers had gevochten. Tusk eiste excuses en kreeg die. De campagneleider werd ontslagen en uit de partij gezet.

Vorige week vrijdag bleek dat de man de waarheid had gesproken. Een zoektocht in Duitse militaire archieven bracht aan het licht dat Jozef Tusk in augustus 1944 inderdaad bij de Duitse Wehrmacht heeft gediend. De stukken vermeldden echter ook, dat Tusk door de Gestapo was gearresteerd. Bovendien werd niet duidelijk of Tusk al dan niet vrijwillig dienst had genomen.

Veel Polen -meer dan 3 miljoen- werden tijdens de Tweede Wereldoorlog door de Duitsers ’gegermaniseerd’. Als gevolg daarvan moesten Poolse mannen -gedwongen- in het Duitse leger vechten. Ontsnappingsmogelijkheden waren er nauwelijks.

Veel Poolse soldaten liepen, als de kans zich voordeed, echter over naar de geallieerden. Daarvan zijn tienduizenden voorbeelden bekend. Mogelijk deed grootvader Tusk dit ook, hoewel de archieven daarover geen uitsluitsel geven. In ieder geval duikt de naam van Tusk in november 1944 op in de officiële stukken van de ”Poolse Strijdkrachten in het Westen”.

Kleinzoon Tusk kan geen uitsluitsel geven. Zijn opa zou nooit iets over zijn oorlogsverleden hebben verteld, wat niet onwaarschijnlijk klinkt. Na de oorlog liep niemand ermee te koop dat hij voor de vijand had gevochten. En wie had gestreden aan de zijde van de geallieerden werd door de communistische machthebbers ook als onbetrouwbaar beschouwd.

Welke gevolgen de onthullingen hebben voor de kansen van Tusk is onduidelijk. Weliswaar achten historici het onwaarschijnlijk dat Jozef Tusk vrijwillig voor de Duitsers heeft gevochten, het oorlogsverleden ligt nog altijd uiterst gevoelig in het land waar tussen 1939 en 1945 zo’n 6 miljoen Polen omkwamen -ongeveer 20 procent van de toenmalige bevolking- en de hoofdstad Warschau bijna volledig met de grond werd gelijk gemaakt.

In de laatste opiniepeilingen heeft Tusk nog altijd een kleine voorsprong op zijn concurrent, maar loopt Kaczynski in. Volgens een peiling van TNS OBOP, die donderdag in de krant Fakt werd gepubliceerd, kan Tusk nog rekenen op 53 procent van de stemmen, terwijl Kaczynski goed is voor 47 procent - een winst voor Kaczynski van 8 procentpunten ten opzichte van vorige week.

Peilingen zeggen niet alles, zeker niet in een land waar kiezers soms zeer snel van inzicht kunnen veranderen. Het blijft dus spannend tot het laatste moment.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer