Binnenland

André van der Louw: van rebel naar rasbestuurder

DEN HAAG (ANP) – In zijn werkzame leven heeft André van der Louw tal van bestuursfuncties gehad. Maar wat altijd bleef waren zijn snor, pijp en karakteristieke haardos.

20 October 2005 13:51Gewijzigd op 14 November 2020 03:05

Van der Louw, donderdagochtend op 72–jarige leeftijd overleden, werd ermee bekend als het boegbeeld van Nieuw Links, de beweging die in de jaren zestig de oude garde in de PvdA in de gordijnen joeg. Velen leerden hem pas kennen door zijn ’berendans’ die hij opvoerde toen het PvdA–congres hem in 1969 koos tot vice–partijvoorzitter.Van rebel werd Van der Louw als partijbons lid van de Tweede Kamer en vanaf 1971 voorzitter van de PvdA. Zijn loopbaan ging voorspoedig naar een hoogtepunt als burgemeester van Rotterdam (1974–1981), toen nog een onbetwist rood bolwerk.

Als burgemeester was hij populair. Zijn roem dankte hij volgens een oude politieke vriend aan zijn vermogen mensen te laten samenwerken. „André heeft mensen om zich heen nodig. Hij neemt niet graag belangrijke beslissingen in zijn eentje, hij heeft een voortreffelijk talent om mensen te binden.”

Die eigenschap leek hem daarna niet veel te helpen. Er kwam een keerpunt in zijn loopbaan toen Van der Louw in 1981 minister Van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk werd in het tweede kabinet–Van Agt, „een vechtkabinet” van CDA, PvdA en D66 dat niet lang stand hield. Van der Louw werd vervolgens voorzitter van de Rijnmondraad, maar Rijnmond zou niet uitgroeien tot een nieuwe provincie en Van der Louw was na drie jaar zijn baan kwijt.

Vervolgens ontpopte hij zich in de jaren tachtig als een rasbestuurder door voorzitter te worden van de sectie betaald voetbal van de KNVB, vervolgens van de Mediaraad en hij beëindigde zijn loopbaan als voorzitter van de NOS (1994–1998). Partijgenoot Hedy d’Ancona bezorgde hem die laatste functie, hetgeen aanvankelijk tot enig rumoer leidde.

Hij maakte een turbulente periode mee in omroepland, met de opkomst van de commerciëlen. Bij zijn afscheid waren er warme woorden. „Dat er nu een brede publieke omroep is met een zeer diverse programmmering, is mede aan hem te danken”, sprak een NOS–coryfee.

Van der Louw, die op 9 augustus 1933 in Den Haag werd geboren, groeide op als zoon van een socialistische melkboer en volgde na de mulo avondopleidingen. Hij ging in de jaren vijftig werken bij de VARA, waar hij zich opwerkte tot perschef, tot hij in 1971 in de Tweede Kamer kwam. In de jaren zestig was hij betrokken bij jongerenbladen als Twen/Taboe en Hitweek.

Hij werd destijds bekend door het manifest „Tien over Rood”, de geloofsbelijdenis van Nieuw Links. Met zijn weidse armgebaren maakte hij een bewogen indruk. In ieder geval was Van der Louw iemand die de partij niet met rust zou laten.

Dat bleek eens te meer in het begin van de jaren negentig toen Van der Louw als lid van een „bende van vier" kritiek uitte op partijleider Kok, omdat die niet in staat zou zijn om de PvdA uit het slop te halen. Van der Louw, voorvechter van brede progressieve samenwerking, liep toen al tegen de zestig maar was opnieuw rebel. Hij dreigde zelfs met het oprichten van een nieuwe politieke partij, maar zover is het nooit gekomen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer