Minister Veerman van Landbouw sprak vrijdag na afloop van het kabinetsberaad van „een redelijke vergoeding.” Met ingang van dit jaar heeft de overheid besloten geen vergunningen voor kokkelvisserij in de Waddenzee te verlenen. Daarom is het kabinet verplicht de vissers te compenseren voor hun gederfde inkomsten. De regering heeft besloten de kokkelvisserij te beëindigen om de natuur in de Waddenzee meer kansen te geven.Van de ruim 70 miljoen die het kabinet ter beschikking wil stellen, gaat het overgrote deel naar de kokkelvissers, namelijk 63 miljoen. Voor een sociaal plan, bestemd voor werknemers die bij de kokkelvissers in dienst zijn, is 6 miljoen euro uitgetrokken. Ruim 1,5 miljoen euro is speciaal bedoeld voor kleine bedrijven.

De vergoeding valt lager uit dan de commissie-Maljers had voorgesteld. Die stelde voor om aan de kokkelvisserij in totaal 94 miljoen netto uit te keren.

Minister Veerman had twee redenen om te besluiten tot een lagere compensatie. In de eerste plaats is de commissie-Maljers ervan uitgegaan dat de sector door het visverbod, dat dit jaar inging, een oogst van 4 ton kokkelvlees misloopt. Dat blijkt minder te zijn, namelijk 3 ton. Verder heeft de bewindsman een groter ondernemersrisico berekend dan Maljers. Dat deed de bewindsman op basis van recente gerechtelijke uitspraken.

Voorzitter Braks van de Producentenorganisatie Kokkelvisserij kan nog niet zeggen of zijn organisatie het voorstel van Veerman zal goedkeuren: „Het gaat nog steeds om een behoorlijk bedrag, maar er zijn wel substantiële kortingen. Ik denk dat het fors tegen gaat vallen”, reageerde hij vrijdag.

De sector kan besluiten de compensatie van het Rijk af te wijzen en daarna proberen via de rechter een betere vergoeding af te dwingen.