De commotie over de bijbanen ontstond in augustus toen minister Veerman (Landbouw) onder vuur kwam te liggen over zijn betrokkenheid bij zijn eigen landbouwbedrijven. Vervolgens vroeg Balkenende alle leden van het kabinet op te geven welke nevenfuncties zij hadden. Tot schrik van de premier rolde daar een lijst van ongeveer vijftig functies uit, overigens vaak onschuldig van karakter en bij onomstreden maatschappelijke organisaties.Maar formeel was het tegen de regels, die zeggen dat bewindslieden voor alle nevenfuncties expliciet toestemming moeten hebben van de premier. Balkenende wilde er dan ook van af, maar diverse ministers stribbelden tegen. Afgesproken werd om alle functies nog eens tegen het licht te houden.

Minister Remkes (VVD, Binnenlandse Zaken) heeft met het ambassadeurschap van het Jenevergenootschap de meest opmerkelijke bijbaan. Eerst probeerde Remkes Balkenende te lijmen met een fles jenever, maar Balkenende gaf die onmiddellijk door aan Veerman, die de dag ervoor het debat over zijn landbouwbedrijven had overleefd. Remkes vindt dat zijn ambassadeurschap geen „functie" is maar een „titel", waar je geen afstand van kúnt doen. Balkenende zal naar verwachting genoegen nemen met die uitleg.

Anderen kozen eieren voor hun geld. De Geus (CDA, Sociale Zaken) zegde twee van zijn drie bijbanen op; hij blijft nog wel in het comité van aanbeveling van de Week van de Chronisch Zieken. Staatssecretaris Wijn (CDA, Financiën) zit niet meer in het comité van aanbeveling van zijn oude studievereniging.

Staatssecretaris Schultz (VVD, Verkeer) wil wel een aantal van haar nevenfuncties houden. Ze wil zich blijven inzetten voor het netwerk Origine (voor ’zuivere koffie’) en voor de Stichting Rembrandt en Leidens Gouden Eeuw. Ook wil ze vanwege de „goede herinneringen aan mijn studententijd" nog een jaar in het comité van aanbeveling van de studentenvereniging Minerva blijven.

Minister Zalm (VVD, Financiën) wil graag beschermheer van het Mandela Kinderfonds blijven, net zoals minister Van Ardenne (CDA, Ontwikkelingssamenwerking) bij het 100–jarig bestaan van het Orgelbouwbedrijf betrokken wil blijven.

Minister Peijs, die haar ambtenaren op internet liet uitzoeken in welke comités van aanbeveling ze eigenlijk zat, blijft betrokken bij ’Nijmegen 2000 jaar’ en ’Friesland vaart’.