Opinie

Visie op kerk in de stad nodig

Als antwoord op de roep van Dirk en Andrien de Korne om evenwichtiger spreiding van de gereformeerde gezindte (27/09) betoogt dr. C. S. L. Janse op de opiniepagina van zaterdag 1 oktober opnieuw dat de trek uit de stad niet onbegrijpelijk is. Maar wel ongewenst, zo stellen Jan Nathan Rozendaal, Maaike Gijsbertsen, Gerwin Schinkel en Jurjen ten Brinke daartegenover.

13 October 2005 08:49Gewijzigd op 14 November 2020 03:03

Moeten we als christenen de stad maar verlaten en vergeten? Ja, want in de stad valt niet te leven. Kerken en eigen scholen ontbreken. Het bruisende uitgaansleven is een bron van verleiding. De gevaren van de wereld zijn er manifest. Sociale controle ontbreekt. Om over veiligheid maar niet te spreken. Je laat je kinderen er liever niet opgroeien. De stad als plek van verderf. Wegwezen dus! Wie oppervlakkig de beschouwingen van Janse leest, past het zo toe.Jeremía schrijft iets heel anders aan de ballingen in Babel: „Bouwt huizen en woont daarin, en plant hoven en eet de vrucht ervan. Neemt vrouwen en gewint zonen en dochters, en neemt vrouwen voor uw zonen en geeft uw dochters aan mannen, dat zij zonen en dochteren baren; en wordt aldaar vermenigvuldigd, en wordt niet verminderd. En zoekt den vrede der stad, waarhenen Ik u gevankelijk heb doen wegvoeren, en bidt voor haar tot den Heere; want in haar vrede zult gij vrede hebben.” (Jer. 29:5-7)

Terwijl de ballingen bij wijze van spreken hun koffers al aan het pakken zijn, komt deze boodschap van Jeremía: aan de slag, maak van de nood een deugd. Leid een normaal leven. Zoek de vrede van de stad, bid voor haar! Een opzienbarende boodschap: je richten op de stad waar je niet thuis bent.

Platteland
Het evangelie lijkt zich heden ten dage steeds meer terug te trekken op het platteland. Het is de vraag of daarmee de roeping van een christen recht wordt gedaan. Het heeft er helaas veel van weg dat reformatorische christenen zich terugtrekken in enkele plattelandsenclaves, in de hoop daar rustig hun eigen leventje te kunnen leiden. Echter, dat is slechts schijnzekerheid. Discussies over de vrijheid van onderwijs, meningsuiting en publieke uitingen van het geloof gaan door en raken ook het ’geruste’ leven op het platteland.

Wij leven in een geseculariseerde wereld; als gelovige minderheid te midden van een ongelovige meerderheid. Hoe doe je dat? Dikke muren om je eigen groep bouwen? Geografisch afstand nemen van de wereldstad? Of erkennen een minderheid te zijn geworden die leeft te midden van een Babel-cultuur? Dat betekent dat we de kansen en bedreigingen veel meer een geestelijke invulling moeten geven. Dat we moeten leren, en elkaar daartoe moeten opwekken, meer geestelijk te denken en te doen. Zoals Daniël aan het hof van Darius: biddend, smekend, schuldbelijdend, met open vensters naar Jeruzalem! Juist door present te zijn in deze wereld, ook in de stad, kan gezien worden wat het christelijk geloof voor betekenis in het heden heeft.

Opdracht
Wij zijn van mening dat in de beide opinieartikelen van Janse over dit onderwerp te veel vanuit angst en distantie naar de stad wordt gekeken. Ziet Janse ook de kansen en roeping van de kerk in de stad? Hoe beoordeelt hij de trek naar het platteland in het licht van de zendingsopdracht? Natuurlijk heeft het leven in de stad minder aantrekkelijke kanten. Maar de aantrekkelijkheid van de stad zou voor reformatorische mensen niet de eerste vraag moeten zijn. Het gaat primair om wat God van ons vraagt: welke opdracht heeft Hij voor ons in de hedendaagse samenleving?

Overigens is het beeld dat Janse schetst van de stad te negatief en onjuist. Er zijn gelukkig nog reformatorische scholen en reformatorische kerken te vinden. En al loopt het aantal leerlingen en kerkleden terug, de onderlinge verbondenheid wordt er niet minder om.

De kerk heeft een roeping in de stad! Het valt op dat Paulus zich in zijn zendingsreizen juist op de grote handels- (en dus internationale) steden richt. Daar wordt het evangelie verkondigd en van daaruit verspreidt het zich in de omliggende gebieden. De stad was ook de plaats waar de eerste christengemeenten hun werk van barmhartigheid vorm gaven. Daar waar anderen de allerarmsten lieten voor wat ze waren, zetten de christenen zich in voor zieken, voor mensen aan de onderkant van de maatschappij. En dat zien we steeds door de kerkgeschiedenis heen. Als de kerk opleeft, richt ze zich steeds ook heel nadrukkelijk op de stad. Een goed voorbeeld in ons eigen land is te vinden in het Reveil van de 19e eeuw.

Vrede
De vrede voor de stad zoeken is een opdracht voor de kerk. Problemen zoals de nood om je heen, de eenzaamheid, de armoede, de leefbaarheid van de stad, zijn je ook een zorg. Het sterkste wapen is het gebed: voor pooiers, junks, yuppen, allochtonen… Maar ook concreet in daden door als kerk maatschappelijke verantwoordelijkheden te nemen in de wijk waar men samenkomt.

Wij pleiten ervoor om de stad (weer) op de ’agenda’ van de kerk te krijgen. Redden kunnen we stad niet. Dat kan Christus alleen. Maar als ’reddingspost’ kunnen wij wel aanwezig zijn.

De auteurs zijn woonachtig in de stad en betrokken bij stedelijk evangelisatiewerk in respectievelijk Den Haag, Rotterdam, Gouda en Amsterdam.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer