De NVM liet donderdag weten dat er wat „extra schwung” in de markt is gekomen. Verkopers moeten wel een reële prijs vragen, aldus NVM-voorzitter O. Smit. Vooral in het dure segment blijven veel huizen lang te koop staan. In totaal stonden er in het derde kwartaal 81.600 huizen te koop.Over de afgelopen vier kwartalen stegen de huizenprijzen gemiddeld met 4,5 procent. „Dit is meer dan wij aan het begin van het jaar hadden verwacht”, aldus Smit. De NVM-voorzitter verwacht dat de gemiddelde prijsstijging over geheel 2005 kan uitkomen op 5 tot 5,5 procent. Een dergelijke stijging is volgens hem sinds 2001 niet meer voorgekomen.

Toch wil Smit niet spreken van een trendbreuk. Kopers nemen nog altijd ruim de tijd om een huis uit te zoeken. Zij hebben daarbij ook voldoende keuze, zo zegt de NVM-voorman.

De prijzen worden onder meer opgedreven door de beperkte nieuwbouw in Nederland en door het lage aanbod van huurhuizen. „Huren is nauwelijks mogelijk”, aldus Smit. Starters zoeken daarom vooral appartementen of goedkope tussenwoningen. Appartementen bleken het afgelopen kwartaal het meest in trek.

Gemiddeld stonden de aangeboden huizen negentig dagen te koop. Dit aantal is nauwelijks veranderd ten opzichte van de voorgaande kwartalen, zo stelt Smit. Opvallend is volgens hem dat de nieuw te koop aangeboden woningen in het derde kwartaal veel sneller van de hand gingen dan de ’voorraad’ uit het tweede kwartaal. Smit: „Dit heeft vooral te maken met het stellen van de juiste vraagprijs, maar wijst ook op een aantrekkende markt.”

Makelaars die bij de NVM zijn aangesloten, bemiddelen bij ongeveer tweederde van de verkooptransacties. In de 76 NVM-regio’s zijn er behoorlijke verschillen. Zo daalden in de regio’s Groningen, Zutphen, Rotterdam en Zeeland de gemiddelde verkoopprijzen. In Amsterdam, dat al de duurste markt is, namen de prijzen met 0,8 procent toe. De grootste stijging was er in Eindhoven en omgeving (1,6 procent).