Opinie

Evolutionisten, ga met ons

Het Reformatorisch Dagblad organiseert zaterdag 8 oktober een studiedag over de bijbelse scheppingsgeschiedenis. De dag is een vervolg op de RD-debatavond over Intelligent Design. Een serie artikelen in aanloop naar de studiedag. W. Beekman roept in het eerste artikel evolutionisten op hun bizarre theorie te heroverwegen.

4 October 2005 07:44Gewijzigd op 14 November 2020 03:01
„Gods handelen in de schepping van hemel en aarde onttrekt zich aan onze waarneming en de evolutietheorie is een uiting van geloof in het oppergezag van de mens.” Foto RD, Henk Visscher
„Gods handelen in de schepping van hemel en aarde onttrekt zich aan onze waarneming en de evolutietheorie is een uiting van geloof in het oppergezag van de mens.” Foto RD, Henk Visscher

Hoe zijn de organismen op de aarde ontstaan? Deze vraag heeft altijd mensen geboeid. In het bijzonder wel als het henzelf betrof: Hoe zijn de mensen op de aarde gekomen?De grote oude culturen hadden hun heldhaftige scheppingsverhalen. Zo kennen we vanuit Mesopotamië het epos van Atrachasis. Hierin wordt onder meer verhaald dat de goden mensen scheppen om het zware werk voor hen te verrichten. Eenmaal op aarde blijken de mensen zo veel lawaai te maken dat een van de goden er niet van kan slapen. Uiteindelijk leidt dit tot een zondvloed. Atrachasis krijgt zeven dagen om van riet en pek een schip te bouwen en het te bevrachten met mensen en dieren. De overigen komen om.

Tot ongeveer de achttiende eeuw was de belijdenis van God als Schepper en Onderhouder vrijwel onomstreden in het gekerstende Europa. Maar ook toen nog werden de denkers van de Verlichting door velen gewantrouwd omdat zij geen plausibele verklaring voor het ontstaan van de levensvormen konden geven. De belijdenis van het scheppingswerk van God was nog algemeen. In de negentiende eeuw werd vorm gegeven aan een theorie die het ontstaan van alle organismen moest verklaren. In aangepaste vorm overleeft deze theorie nog steeds. Zij is misschien wel de meest bizarre ’wetenschappelijke theorie’ van dit moment. Haar sterkste wapen is dat ze de minst slechte verklaring geeft voor het bestaan van deze bevolkte aarde, waarbij het bestaan van God geloochend kan worden. De wetenschappelijkheid van deze theorie, namelijk de evolutietheorie, is altijd voorwerp van discussie. Haar doorwerking in wetenschap en maatschappij is echter enorm.

Alternatief
Kunnen we op grond van Genesis 1 en 2 een soort theorie van de schepping opstellen? Of moeten we Genesis 1 en 2 wat anders lezen? Moeten we onze voorstelling van het paradijs misschien wat aanpassen? Laten we niet overhaast te werk gaan. Geeft de Schrift hier werkelijk grond voor? Aan de andere kant: Juist van wetenschapsfilosofen kunnen we de betrekkelijkheid van wetenschappelijke modellen (theorieën) leren. Ook een breed aanvaarde theorie kan de plank misslaan.

Gods Woord gaat nog verder en wijst ons op het betrekkelijke en gebrekkige van het menselijk denken. Wij kunnen alleen dat weten, wat de Heere ons laat kennen. Gods handelen in de schepping van hemel en aarde onttrekt zich aan onze waarneming. Wat we ervan weten heeft Hij ons meegedeeld. Ook heeft de zondeval gevolgen voor wat we zien. Het schepsel is aan de ijdelheid onderworpen (Romeinen 8:20) en ons verstand is verduisterd. Wat kunnen wij, buiten wat de Schrift ons leert, zeggen over datgene wat we misschien mogen noemen „het unieke handelen Gods op de eerste (!) dagen van de aarde”? En in hoeverre kunnen wij ons een goede voorstelling maken van de tijd toen alles zeer goed was?

Stellingname
De Heere vernedert Job door Zijn spreken over Zijn scheppend handelen: „Waar waart gij, toen Ik de aarde grondde?” (Job 38:4). Dan gaat het om Gods doel. Welke vragen stelt Hij ons? De vraag waartoe God de aarde maakte, krijgt in de Schrift nadruk. Fantastische speculaties, door overigens bekwame wetenschappers, verdienen het om gewantrouwd te worden.

Ik wil de evolutietheorie niet op één lijn stellen met het epos van Atrachasis. Wel wordt in beide verhalen geprobeerd een verklaring te geven van ons leven op aarde. Een verklaring die, in het geval van de evolutietheorie, in onze dagen maar al te graag geloofd wordt. De grootsheid van de evolutietheorie kan ook ons imponeren. Het doet denken aan de torenbouw uit Genesis 11. Die had echter geen toekomst omdat hij tegen God gericht was. Ook de evolutietheorie is een uiting van geloof in het oppergezag van de mens. Maar juist dit geloof misleidt de mens. Het geeft slechts enige schijn van wijsheid, zoals de torenbouw schijn van grootheid had. Een mens zonder God is een mens zonder hoop (Efeze 2:12).

De Heere geeft in het begin van het bijbelboek Genesis ons een indrukwekkend zakelijke en liefdevolle beschrijving van Zijn scheppingswerk. Daarbij verbleekt het epos van Atrachasis, maar ook de evolutietheorie. Het is niet onze roeping om het ontstaan van de aarde en zijn bewoners te doorgronden. Van ieder mens geldt dat God zijn Schepper en Onderhouder is en daarom recht op zijn leven heeft. Daarbij levend zeggen we tot de evolutionist: Kom, ga met ons!

De auteur is landbouwkundige.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer