Docenten worstelen met meertaligheid
GRONINGEN - De omgang met meertalige kinderen blijkt voor veel leerkrachten in het kleuteronderwijs in Groningen een probleem. Dat leidt tot het geven van verkeerde adviezen.
De Wetenschapswinkel Taal, Cultuur en Communicatie van de Rijksuniversiteit Groningen concludeert dit uit onderzoek op de basisscholen in de stad.„Het is zorgelijk dat bijna 60 procent van de leerkrachten het advies geeft dat kinderen thuis Nederlands moeten spreken”, stelt onderzoekster Saskia Visser. Het advies is volgens haar begrijpelijk, maar werkt juist negatief. „Vaak spreken de ouders maar gebrekkig Nederlands, waardoor het kind thuis de taal verkeerd aanleert.”
Zorgwekkend vindt zij het dat dit ten koste gaat van het veiligheidsgevoel van de leerlingen. „Op school leren ze een taal die hun eigenlijk vreemd is. Als ze thuis ook met het Nederlands geconfronteerd worden, tast dit hun thuisgevoel aan.”
Het onderzoek wees ook uit dat 40 procent van de docenten niet weet hoe ze moeten omgaan met ’stille perioden’, waarin een leerling weinig zegt en vooral luistert. „Ik denk dat leerkrachten zich dan ten onrechte zorgen maken over de ontwikkeling van de leerling. Na verloop van tijd gaat het kind weer gewoon praten”, zegt Visser.
Het Advies- & Begeleidingscentrum voor het onderwijs in Groningen (ABCG) wil leerkrachten beter toerusten voor de omgang met meertaligheid. Op 12 oktober wordt een informatiebijeenkomst gehouden. „Daarna komt er een vervolgtraject, waarvan nog onduidelijk is hoe dat wordt ingevuld.”