Taxibedrijven eisen geld verzekeraars
Zesenveertig taxibedrijven uit heel Nederland dreigen de dupe te worden van financieel wanbeheer rond het vervoer van zieke asielzoekers.
De bedrijven eisten woensdag in kort geding voor de president van de rechtbank in Arnhem dat de ziektekostenverzekeraars VGZ en IZA hun alsnog 700.000 euro betalen voor gemaakte ritten.
Voor een aantal taxibedrijven dreigt faillissement als de verzekeraars niet snel met geld over de brug komen. „De verzekeraars moeten hun afgegeven garanties nakomen”, eiste advocaat G. te Biesebeek namens de bedrijven.
De ziektekostenverzekeraars sloten vorig jaar met vervoersmakelaar Zivoned een overeenkomst voor het vervoer van zieke asielzoekers. Zivoned besteedde de ritten uit aan taxibedrijven in Nederland, maar betaalde niet of nauwelijks de declaraties omdat het op het kantoor een financiële en organisatorische chaos was. De verzekeraars hebben de onder curatele gezette en vrijwel failliete vervoersmakelaar inmiddels aan de kant gezet.
Volgens de taxibedrijven hadden VGZ en IZA hun keiharde garanties gegeven voor het betalen van gemaakte ritten en proberen zij zich daar nu aan te onttrekken. Volgens de verzekeraars gold de door hen afgegeven vervoersgarantie maar tot september 2001. De taxibedrijven ontkennen dat. Volgens hen heeft verzekeringsbedrijf Achmea zich wel aan zijn woord gehouden. Deze verzekeraar greep keihard in. Zo liet Achmea beslag leggen op de inboedel, verwijderde hij de directie en stelde een interim-manager aan. In maart verbrak Achmea de relatie met Zivoned.
De rechter doet op 19 juni uitspraak.