Geen noodingrepen EU tegen vogelpest
De Europese Commissie heeft 884.000 euro vrijgemaakt om de EU-lidstaten voor een deel tegemoet te komen in de kosten die voortvloeien uit verscherpte controles op de aanwezigheid van vogelpest. Nederland ontvangt 64.000 euro uit de pot.
De bedragen zijn bedoeld als compensatie voor de extra uitgaven in de maanden juli tot en met december. Eventueel zal Brussel voor 2006 aanvullende financiële middelen beschikbaar stellen, zo is meegedeeld.
Uit begeleidende cijfers blijkt dat ons land met zijn nationale programma binnen de EU vooroploopt als het gaat om het aantal uitgevoerde tests. Nergens anders in de Unie worden zo veel proeven met trekvogels gedaan als hier. En wat betreft de hoeveelheid bloedmonsters onder het pluimvee, zijn alleen de inspanningen in Frankrijk, Italië en Spanje groter.
Commissaris Markos Kyprianou (Gezondheid en Consumenten), geadviseerd door de veterinaire experts uit de lidstaten, treft voorlopig geen noodmaatregelen, verklaarde hij woensdag in een overleg met leden van het Europees Parlement. Zo acht hij een verbod op de invoer van gevogelte niet redelijk, gelet op de geringe kans op verspreiding van het gevreesde virus. Eerder al vond hij het onnodig het pluimvee binnen te houden.
Nederland heeft niettemin onlangs een ophokplicht verordend. De autoriteiten in de Duitse deelstaten Nedersaksen en Mecklenburg-Vorpommern deden hetzelfde. Daar geldt de bepaling vanaf donderdag tot 30 november. In laatstgenoemde regio moeten de kippen alleen op stal als er in de buurt van het bedrijf een rustplaats van overvliegende vogels is. Minister Künast van Landbouw ziet geen reden om de beperkingen landelijk in te voeren.
Op dit moment is toezicht het voornaamste instrument volgens Kyprianou. Hij vraagt daarom jagers en vogelaars alert te zijn op een abnormale sterfte. „Dat is het belangrijkste signaal om te constateren dat het fout zit. Besmette dieren gaan namelijk snel dood”, aldus de commissaris. Hij voegde eraan toe: „We volgen de ontwikkelingen uiteraard nauwlettend en mocht er aanleiding toe zijn, dan zullen we onmiddellijk ingrijpen.”
De vogelgriep stak de kop op in het zuidoosten van Azië. Daar raakten ook mensen geïnfecteerd met de influenzaverwekker. Zestig personen overleden aan de gevolgen ervan. Inmiddels heeft een uitbreiding richting het westen plaatsgevonden. Zo zijn zieke vogels aangetroffen in Centraal-Azië, Siberië, Mongolië en Kazachstan. „Wij doen al het mogelijke om goed voorbereid te zijn, maar als we het probleem niet bij de bron aanpakken, dat wil zeggen in het Verre Oosten, dan zijn we ook in Europa niet veilig”, waarschuwt Kyprianou.
Het virus van het type H5N1 vormt voor de mens eveneens een bedreiging. Het kan via mutaties uiteindelijk de oorzaak worden van een wereldwijde griepepidemie ofwel pandemie. Tegen die achtergrond heeft Brussel de lidstaten opgeroepen plannen uit te werken voor hoe te handelen in het geval die ernstige situatie zich aandient. Later dit jaar zal een grootscheepse oefening binnen de EU uitwijzen of bij een crisis de coördinatie tussen de landen onderling en met de Europese Commissie voldoende is gewaarborgd.
De autoriteiten hebben zorg over de beschikbare hoeveelheden vaccins en antivirale middelen. Kyprianou stimuleert de nationale overheden daarom een, zoals hij het aanduidt, privaat-publiek partnerschap te sluiten met de industrie en daarbij afspraken vast te leggen over onder meer productie en distributie. Een probleem is dat de deskundigen niet weten in welke gedaante het virus uiteindelijk zal toeslaan. Dat betekent dat de farmaceutische ondernemingen pas een vaccin kunnen vervaardigen als de ziekte al om zich heen grijpt.
De Cypriotische eurocommissaris merkte gisteren verder op: „In theorie mogen we rekenen op coördinatie binnen de EU. Maar we moeten wel realistisch blijven. Bij een uitbraak zal de druk vanuit de burgers op de nationale regering natuurlijk enorm zijn om de beschikbare voorraden eerst aan te wenden voor de eigen bevolking.”