Noord–Ierse protestanten willen eind aan geweld
De grootste Noord–Ierse protestantse groepering Ulster Defence Association (UDA) heeft dinsdag opgeroepen een einde te maken aan het geweld dat Belfast drie nachten heeft beheerst. De UDA liep al haar leden op zich buiten de ongeregeldheden te houden en geen geweld te gebruiken.
De Noord–Ierse hoofdstad was de afgelopen drie nachten het toneel van de ernstigste rellen in tien jaar. Betogers bestookten leger en politie met stenen en brandbommen in de stad waar zaterdag een protestantse oranjemars compleet uit de hand liep. In de nacht van zondag op maandag werden bovendien wederzijds schoten gelost.
Tientallen politiemannen raakten gewond en de politie verrichtte honderden arrestaties. Volgens de politie was het geweld de afgelopen nacht wel minder hevig dan in de twee voorgaande nachten en is de situatie onder controle.
De rellen ontstonden zaterdag toen fanatieke protestanten geen toestemming kregen hun oranjemars door een katholieke wijk te laten voeren. Bovendien vonden zij dat de politie hen onvoldoende had beschermd tegen hun katholieke rivalen, die hen langs de route bedreigingen en beledigingen toeriepen.
De protestanten herdenken met hun oranjemarsen de overwinning van koning William III, prins van Oranje, in de slag bij de rivier de Boyne in 1690. Hij versloeg daar de katholieke Engelse koning James II. Veel katholieken in Noord–Ierland beschouwen de parades als een provocatie. Voor hen staan de marsen symbool voor eeuwenlange onderdrukking door de Engelsen.