De overheid heeft volgens de organisatie tot nu toe verzuimd meer aandacht te besteden aan de opleiding en de inschakeling van de vrijwilligers. Voorzitter B. van Walderveen zei vrijdag dat daar verandering in moet komen en dat het de hoogste tijd is dat Remkes de EHBO’ers op hun waarde gaat schatten.

De vele tienduizenden vrijwilligers die een degelijke opleiding achter de rug hebben, zijn vaak als eerste aanwezig bij een ongeval of ramp, aldus de voorzitter. Ze verlenen dan spontaan hulp op het moment dat professionele hulpverleners nog onderweg zijn, maar Remkes lijkt dat volgens hem „volstrekt niet" van belang te vinden.

De vereniging wijst erop dat tijdens de recente terreuroefening Bonfire in en rond de Amsterdam ArenA ongeveer 150 ’gewonden’ ruim drie uur moesten wachten op professionele hulp. Maar over die slechte hulpverlening repte de minister vervolgens nauwelijks in een evaluatie aan de Tweede Kamer. „Bij ons bestaat de indruk dat een en ander wordt gebagatelliseerd en dat baart ons grote zorgen", schrijft de organisatie, die niet betrokken was bij de oefening.

De regering heeft „kennelijk niets geleerd" van de vliegramp in de Bijlmer, de cafébrand in Volendam en de vuurwerkramp in Enschede. EHBO’ers die ter plaatse waren, boden eerste hulp. Hun inzet is „van grote waarde gebleken", aldus Van Walderveen.

Remkes liet via zijn woordvoerder weten „veel waardering" te hebben voor het werk van de EHBO. Hij zal de vereniging uitnodigen voor een gesprek over de vraag of en zo ja, hoe hij EHBO’ers een rol kan geven bij rampen en andere calamiteiten.

Dat de ’slachtoffers’ in de ArenA drie uur lang moesten wachten op hulp, had volgens de zegsman een reden. Er lag een derde ’bom’ en de autoriteiten besloten daarom nog geen hulpverleners het stadion binnen te laten gaan. De Tweede Kamer spreekt woensdag over de evaluatie van de terreuroefening.