Corruptiekwestie Oekraïne breidt uit
Twee Oekraïense topfunctionarissen hebben donderdag ontslag genomen in verband met grote corruptiepraktijken in de kringen rond president Viktor Joesjtsjenko. Het schandaal heeft tot grote verdeeldheid in de regering geleid.
Petro Porosjenko, het hoofd van de Oekraïense Raad voor Defensie en Veiligheid, nam ontslag, nadat hij was genoemd als een van de corruptste figuren in de huidige regering, die vorig jaar na een volksopstand aan de macht kwam.
Degene die de beschuldigingen had geuit, voormalig stafchef Oleksandr Zintsjenko, nam eerder zelf ontslag. Zintsjenko, een van voornaamste organisatoren van de Oranje Revolutie, die Joesjtsjenko aan de macht bracht, zei dat de corruptie in de huidige regering nog groter is dan in de regering van de vroegere president Leonid Koetsjma.
Om die reden heeft donderdag ook vice-premier Nikolaj Tomenko zijn ontslag ingediend. „Ik wil niet langer de verantwoordelijkheid delen met diegenen die een systeem van corruptie hebben gecreëerd. De president heeft niet in de gaten wat er speelt.” Volgens hem is er nu sprake van twee regeringen: die van premier Joelia Timosjenko en een soort schaduwregering van Porosjenko, waarbij die laatste aan invloed wint. Joesjtsjenko zou later vanochtend tijdens een persconferentie een toelichting geven.