Zestien doden bij aanslag in Basra
Bij een aanslag met een autobom op een afhaalrestaurant op een markt in de Zuid-Iraakse stad Basra zijn gisteren 16 doden gevallen en 21 mensen gewond geraakt. Dat heeft de politie bekendgemaakt.
De aanslag werd gepleegd in een sjiitische wijk. Op een snelweg in de buurt van Basra kwamen vier Amerikaanse beveiligingsbeambten om het leven bij een bomaanslag op hun voertuig. De vier werkten voor een particulier beveiligingsbedrijf dat het kantoor van de Amerikaanse ambassade in Basra bewaakte, aldus een woordvoerder van de ambassade. De terreinwagen van de slachtoffers stortte door de bomexplosie in een ravijn. De verantwoordelijkheid voor de aanslag werd via internet opgeëist door al-Qaida in Irak.
Gemaskerde opstandelingen namen woensdag de bij de Syrische grens gelegen plaats Husaybah in. Bij Amerikaanse bombardementen op een dorp bij de Syrische grens werd gisteren volgens het leger waarschijnlijk een belangrijk lid van al-Qaida gedood. Het zou gaan om Abu Ali, die buitenlandse strijders vanuit Syrië de grens over zou hebben geholpen. Dinsdag voerden de Amerikanen ook al luchtaanvallen uit in het gebied.
In de Iraakse hoofdstad Bagdad werd woensdag een hoge ambtenaar van het ministerie van Defensie neergeschoten. Een aanval van opstandelingen op een legerpatrouille in Bagdad kostte het leven aan een kolonel. Vier van zijn lijfwachten raakten gewond. Opstandelingen bliezen bij Baquba, 60 kilometer ten noordoosten van Bagdad, een oliepijpleiding op, meldde de politie. De omvang van de schade was niet direct bekend.