Rechter wijst claims tegen bestuurders Shell deels af
De districtsrechtbank in de Amerikaanse staat New Jersey acht een aantal huidige en voormalige bestuurders van Royal Dutch Shell niet persoonlijk verantwoordelijk voor het reserveschandaal. De rechter heeft de claims van aandeelhouders tegen deze personen afgewezen.
De claims tegen bestuursvoorzitter Jeroen van der Veer, zijn voorganger Philip Watts en voormalige bestuurders Judy Boynton en Walter van der Vijver zijn echter nog niet van de baan.
Dat bleek uit een tussenuitspraak op 9 augustus. De civiele rechtszaak, een zogenoemde class action, is volgens een woordvoerder van het energieconcern de enige nog lopende rechtszaak als gevolg van het schandaal over de reserves van het olieconcern.
Aandeelhouders van Shell procederen tegen de oliemaatschappij, omdat hun aandelen veel minder waard werden, toen Shell zijn olie- en gasreserves in januari 2004 plotseling afwaardeerde.
De claims tegen president-commissaris Aad Jacobs, directeur exploratie Malcolm Brinded en de voormalige bestuurders Mark Moody-Stuart, Maarten van den Bergh, Steve Miller, Paul Skinner en Harry Roels werden door de rechter afgewezen. De betrokken aandeelhouders kunnen tot 9 september in beroep gaan tegen de uitspraak.