„Verklaring Cyprus moet van tafel”
Een ruime kamermeerderheid eist dat Turkije zijn verklaring intrekt dat het EU-lidstaat Cyprus niet erkent. Gebeurt dat niet, dan kunnen de toetredingsonderhandelingen tussen de EU en Turkije niet op 3 oktober beginnen.
Dat bleek woensdag uit een debat in de Tweede Kamer.
Om op 3 oktober te kunnen beginnen met de gesprekken, moest Turkije eerst een douane-unieprotocol ondertekenen met de tien nieuwe EU-lidstaten, waaronder Cyprus. Ondertekening van dat protocol zou impliciet een erkenning van Cyprus door Turkije betekenen. Beide landen leven al decennia in onmin nadat Turkije een deel van het eiland bezette. Turkije erkent alleen het Turkse deel van Cyprus.
Direct na ondertekening van het protocol gaf Turkije een verklaring uit waarin het land stelde dat het Cyprus niet erkent. Dat leidde tot opschudding in de EU.
De Tweede Kamer is verbolgen over de actie van Turkije. „Schending van de afspraken”, aldus CDA-kamerlid Van Dijk woensdag. VVD’er Van Baalen vindt dat „we dit niet mogen aanvaarden.” SP-kamerlid Van Bommel noemde de verklaring een „regelrechte provocatie.” De Kamer eist van Turkije dat het zijn verklaring hoe dan ook terugneemt. Anders kunnen de toetredingsonderhandelingen niet beginnen. „Het is immers een volstrekt krankzinnige situatie dat Turkije Cyprus niet erkent”, aldus D66-kamerlid Van der Laan.
Minister Bot van Buitenlandse Zaken gaat niet zo ver als de Kamer. Voor hem is van groter belang dat Turkije in de praktijk het douaneverdrag naleeft en Cypriotisch verkeer naar zijn land toelaat. Pas als dat niet gebeurt, mogen de toetredingsonderhandelingen van Bot niet beginnen. Hij zei na afloop van het debat wel dat Turkije „een groot probleem” heeft als het tot 3 oktober blijft herhalen dat het Cyprus niet erkent. De Europese ministers van Buitenlandse Zaken, die donderdag in Groot-Brittannië bijeen zijn, zullen vermoedelijk zelf een verklaring aannemen die de Turkse verklaring van vorige maand afwijst.
ChristenUnie en SGP vestigden woensdag in het debat nogmaals de aandacht op de Armeense genocide. De ChristenUnie vindt het „ondenkbaar” dat Turkije EU-lid wordt zonder erkenning van die volkerenmoord. Beide partijen willen dat de Armeense kwestie steeds aan de orde komt in gesprekken tussen de EU en Turkije.
Minister Bot verzekerde hun dat het onderwerp voortdurend op de agenda staat, hoewel erkenning van de genocide geen officiële voorwaarde is voor toetreding. Turkije moet zijn verleden onder ogen zien en zijn relatie met buurland Armenië flink verbeteren, vindt hij.
SGP’er Van der Staaij stelde nog dat Turkije ook de Wet op de stichtingen snel moet invoeren, zodat de rechtspositie van kerken goed geregeld is.