Dat blijkt uit de Beloningsindex, een onderzoek naar de salarisontwikkeling in Nederland in opdracht van het Nederlands Instituut voor Beloningsstatistiek, die dinsdag is gepubliceerd.

In de financiële sector groeiden de salarissen met 2,7 procent het sterkst. Het minst groeiden de lonen in de industrie, met 1,6 procent.

De cijfers uit de Beloningsindex wijken af van cijfers die tot dusver werden gehanteerd. Minister De Geus (Werkgelegenheid) liet eerder weten dat de lonen dit jaar met gemiddeld 1,07 procent stijgen. FNV Bondgenoten kwam tot een salarisverhoging van 1,06 procent. Werkgevers en werknemers kwamen vorig jaar met het kabinet loonmatiging overeen. De vakbonden beloofden toen „uiterst terughoudend” te zijn in hun looneisen.

Volgens P. Kamerbeek van de Beloningsindex zit het verschil in de gebruikte onderzoeksmethode. „Wij meten eenvoudigweg het verschil in salaris tussen 2004 en 2005. We vragen dus aan bedrijven: wat verdiende uw boekhouder vorig jaar en wat verdient hij nu?” De cijfers van minister en FNV Bondgenoten zijn gebaseerd op de loonstijgingen zoals die dit jaar in nieuwe cao’s zijn overeengekomen.

Uit de Beloningsindex blijkt dat de automatische toekenning van de jaarlijkse periodiek op zijn retour lijkt. Ruim 80 procent van de salarisverhogingen is individueel bepaald.

Ook de omvang van een bedrijf is van invloed op het salaris. Zo verdient een personeelschef in een bedrijf met vijftig tot honderd werknemers 54.600 euro per jaar, terwijl zijn collega bij een organisatie met vijfhonderd tot duizend medewerkers 61.800 euro verdient.

De variabele bonus is erg populair. Bijna tweederde van de bedrijven kent een variabele bonusregeling.