Seksueel misbruik
Iedere keer dat het zich voordoet meet de seculiere pers het breed uit. Zwaar gereformeerden die beschuldigd worden van seksueel misbruik zijn hypocriet. Zij doen zich bijzonder degelijk voor, maar ondertussen knijpen zij de katjes in het donker. En gelijk hebben de media. Incest en seksueel misbruik zijn duistere praktijken waar ieder mens zich verre van moeten houden en zeker christenen die zeggen te staan voor een hoge morele standaard.De veroordeling van een 46-jarige man uit Krimpen aan den IJssel is het zoveelste bewijs dat misbruik van minderjarigen ook binnen de gereformeerde gezindte voorkomt. Jarenlang vergreep de veroordeelde zich aan jonge meisjes.
Ook al is met dit vonnis in zekere mate het kwaad vergolden, de pijn en het leed van de getroffenen zijn daar nauwelijks mee verzacht. Slachtoffers van incest hebben meestal levenslang. De traumatische ervaringen die zij hebben opgedaan, laten vrijwel altijd blijvende littekens na. Die uiten zich vaak in gebrek aan zelfvertrouwen en zelfrespect, in moeite bij het aangaan van duurzame relaties en zelfs in suïcideneigingen. Mensen die seksueel misbruik plegen, vermoorden de psyche van hun slachtoffers.
Niet alleen laten ze ernstige, blijvende gevolgen na, het zijn ook misdrijven die lijnrecht ingaan tegen het gebod van God. Het is absurd dat enkelen durven beweren dat een seksuele verhouding tussen vader en dochter toegestaan is omdat de Bijbel dat nergens apart verbiedt.
Over de seksuele verhoudingen is het Woord van God heel duidelijk: elke man zal uitsluitend zijn eigen vrouw hebben. Enkele ontoelaatbare afwijkingen van die lijn zoals overspel of gemeenschap met een tante verbiedt de Bijbel door ze te omschrijven. Andere noemt hij niet omdat deze zo voor de hand liggen als gruwel en schande dat geen weldenkend mens die zou willen verdedigen. Daaronder valt incest. Gevallen van bloedschande beschrijft de Bijbel met afschuw. Kinderen behoeven liefde en bescherming van hun ouders en mogen niet worden gebruikt om eigen lusten op te botvieren.
Helaas valt herhaaldelijk te constateren dat het kwaad van seksueel misbruik ook binnen de christelijke gemeenten voorkomt. Daarbij hoeft geen enkel mens zich te verheffen boven de daders. De kiemen van dit kwaad wonen in ieders hart.
In seculiere kringen wordt nogal eens gesuggereerd dat het zich daar vaker voordoet dan bij niet-christelijke groepen.
Het feit dat het patriarchale gezag in kerkelijke families in het algemeen sterker is dan buiten de gereformeerde wereld zou daaraan bijdragen. De eis van vaders aan hun kinderen om te gehoorzamen zou dan soms zover gaan dat hun dochters ook hun lusten moeten bevredigen.
Daarnaast wordt geregeld gewezen op het gesloten karakter van orthodox-protestantse gezinnen als mogelijke oorzaak voor incest.
Zonder de laatste twee oorzaken volledig van tafel te vegen, kan worden gesteld dat incest binnen de gereformeerde gezindte even vaak voorkomt als daarbuiten. Onderzoek van het ministerie van Volksgezondheid in 1990 en van de Christelijke Hogeschool Ede in 1999 heeft dat onomstotelijk vastgesteld.
Daarmee is uiteraard niet gezegd dat het meevalt met de gereformeerde gezindte als het gaat om misbruik. Elk geval dat zich daar voordoet, is er zeker een te veel. Het werpt niet alleen een ernstige smet op het slachtoffer maar ook op de kring, de kerk en de Koning van de Kerk.
Terecht dat de seculiere pers daar de vinger bij legt en christenen aanspreekt op hun belijden. Niemand mag zich vergrijpen, maar een christen zeker niet. Voor elke geval van seksueel misbruik moeten kerken en christenen zich verootmoedigen en de schuld belijden.