Werkgevers die de regelingen voor hun personeel op 1 januari 2006 nog niet hebben aangepast, krijgen echter wel te maken met extra heffingen van de Belastingdienst.

Werknemers hoeven daarentegen de fiscus niet te vrezen. Dat bleek maandag uit overleg tussen de werkgevers, de vakbeweging en De Geus. Directeur sociale zaken J. van den Braak van ondernemersorganisatie VNO-NCW was blij dat een overgangsregeling mogelijk is voor werknemers, maar vroeg zich af waarom de lasten bij de werkgevers komen te liggen.

Door kabinetsingrepen in het vroegpensioen zijn sociale partners gedwongen bestaande VUT- en prepensioenregelingen voor volgend jaar uit CAO’s te halen. Als dat niet lukt, wordt volgens het plan van De Geus de „bovenmatige” premie-inleg voor deze regelingen 52 procent belast.

De Geus houdt vast aan de datum van invoering van 1 januari 2006, hoewel al duidelijk is dat vooral in het midden- en kleinbedrijf niet alle regelingen op tijd zijn veranderd. „Voor driekwart van de werknemers zijn de regelingen al aangepast. Daarmee is een point of no return bereikt. De pensioenregelingen die wel op tijd worden gewijzigd, moeten verder kunnen.”

Voordat VNO-NCW een definitief oordeel velt over het plan van De Geus, bespreekt de werkgeversorganisatie het deze week nog met de achterban. Ook moet nog worden uitgezocht met sociale partners, verzekeraars en pensioenfondsen of het werkbaar is.

FNV-bestuurder P. Gortzak concludeerde maandag wel al tevreden dat voor werknemers „het nachtmerriescenario is verdwenen.” Pensioendeskundige M. Kastelijn van het CNV noemde het bovendien slim van de minister om de dreiging van belastingclaims te laten voortbestaan voor werkgevers. „Op die manier wordt in ieder geval de druk op de ketel gehouden in de CAO-onderhandelingen.”

Volgens De Geus is het geen optie om ook de werkgevers te ontzien, omdat dat financieel te grote consequenties zou hebben. „Nu zijn er geen budgettaire gevolgen, doordat de heffing van 52 procent de effecten van een latere aanpassing van regelingen compenseert.”