Indonesië trekt 1300 militairen terug uit Atjeh
Indonesië heeft maandag 1300 militairen teruggetrokken uit de provincie Atjeh. Daarmee zet het land de eerste stap in de uitvoering van het vredesverdrag, dat Indonesië vorige week met de afscheidingsbeweging Beweging Vrij Atjeh (GAM) sloot.
Twee bataljons vertrokken maandagochtend vanuit de haven van Krueng Guekueh in het noorden van Atjeh, meldde een woordvoerder van het leger. Het is onduidelijk hoeveel manschappen het Indonesische leger nog in Atjeh heeft gelegerd.
In het vredesakkoord is afgesproken dat Jakarta voor het einde van het jaar alle „niet lokale" veiligheidstroepen uit Atjeh zal weghalen. Dat zal betekenen dat er uiteindelijk nog altijd zeker 14.000 militairen en 7000 politiemensen in de regio blijven. De Indonesisische regering zal ook amnestie verlenen aan gedetineerde GAM–strijders. Dat zouden er bijna 1500 zijn.
Voor het eerst sinds het vredesakkoord kwamen maandag delegaties van de regering en de GAM bijeen voor overleg in de provincie. Volgens de Nederlandse topdiplomaat Pieter Feith, leider van een door de EU ingestelde vredesmissie in Atjeh, was de sfeer „buitengewoon goed".
Een vredesakkoord in het door de zeebeving van december 2004 deels verwoeste Atjeh werd vooral mogelijk nadat de GAM haar eis voor onafhankelijkheid van de provincie had laten vallen.