Maleisië heft noodtoestand wegens rookgordijn op
Maleisië heeft de noodtoestand die vanwege de luchtvervuiling in twee provincies bij de hoofdstad Kuala Lumpur was ingesteld, weer opgeheven. Een draaiende wind heeft de verstikkende rooksluiers weggeblazen. Die bedreigen nu echter onder meer het vakantie–eiland Penang.
Het dikke rookgordijn, afkomstig van talrijke branden in het naburige Indonesië, verstoren het leven op het Maleisische schiereiland al dagen. De luchtvervuiling is de afgelopen acht jaar niet zo ernstig geweest.
Goed nieuws was er zaterdagochtend voor inwoners van Kuala Lumpur. Er verschenen zaterdag voor het eerst in een week weer blauwe luchten. Na negen dagen waren alle wolkenkrabbers van de metropool weer duidelijk te zien.
Op Penang is toeristen geadviseerd binnen te blijven. „We hebben alle watersportactiviteiten gestaakt", aldus een woordvoerder van het Golden Sands hotel. Het zicht op de luchthaven van het eiland is afgenomen tot zeshonderd tot duizend meter.
Een meteoroloog waarschuwde zaterdag dat de situatie rond Kuala Lumpur de komende dagen opnieuw kan verslechteren. De bosbranden in Indonesië woeden onverminderd voort.
Bovendien dreigt in de Indonesische provincie Riau (op het eiland Sumatra) een nieuw gevaar: het vuur nadert oliebronnen en pijpleidingen. De lokale brandweer heeft volgens het Indonesische persbureau Antara de hulp ingeroepen van korpsen uit de rest van Indonesië en het tegenover de Straat van Malakka gelegen Maleisië.
Bosbranden zijn in Indonesië een jaarlijks terugkerend fenomeen. Boeren en landeigenaren steken hun grond in brand om deze geschikt te maken voor de landbouw. Officieel is dit verboden, maar er is weinig controle op naleving van de wet. De rook van de branden veroorzaakt vaak zware luchtvervuiling in de wijde omtrek, zoals in Maleisië.