De president maakte daarmee een eind aan wat hij noemde „speculaties” die in Washington de ronde doen. Die begonnen in hoge militaire kringen, toen generaal George Casey eind juli zei dat het ministerie van Defensie plannen klaar heeft om volgend jaar tienduizenden militairen uit Irak terug te trekken. Casey is commandant van de Amerikaanse troepen in Irak. Hij deed zijn aankondiging aan de zijde van minister van Defensie Donald Rumsfeld tijdens diens bezoek aan Bagdad. Rumsfeld sprak de aankondiging van Casey toen niet tegen.

Bush kwam donderdag in Crawford bijeen met onder anderen Rumsfeld, minister van Buitenlandse Zaken Condoleezza Rice en vice-president Dick Cheney. De president wordt bijna wekelijks geconfronteerd met sombere cijfers. Zo loopt het aantal Amerikaanse slachtoffers in Irak gestaag op. De Amerikanen verloren tot nu toe 1845 militairen, terwijl er 13.877 gewond raakten.

Volgens de laatste peilingen zien de Amerikanen weinig heil meer in Bush’ Iraakse avontuur. Een peiling van Associated Press geeft aan dat nog maar 38 procent van de burgers vertrouwen heeft in het Irak-beleid van de president. Meer dan de helft beschouwt de invasie als een mislukking en 56 procent pleit voor terugtrekking van alle troepen. „Dit is een van de redenen waarom de militairen nu praten over terugtrekking van de troepen. Zij willen de sceptische burgers duidelijk maken dat het impopulaire Iraakse avontuur eindig is”, aldus politiek analist Doug Bandow van het Cato Research Instituut in Washington.

President Bush is echter een fervent tegenstander van praten over mogelijke terugtrekking van troepen. „Dat spoort de vijand in Irak alleen maar aan de strijd op te voeren”, aldus Bush. Terugtrekking van Amerikaanse troepen is volgens defensiedeskundigen overigens alleen mogelijk als de politie en het leger in Irak in staat zijn de gewapende opstand het hoofd te bieden.

Defensiebronnen bevestigden donderdag overigens dat er plannen bestaan om het aantal Amerikaanse militairen in Irak tijdelijk op te voeren in verband met het referendum over de nieuwe grondwet, in oktober, en de eerste algemene verkiezingen, die zijn gepland voor december.