Kerk & religie

Mogelijk resten van Davids paleis gevonden

In Oost-Jeruzalem zijn onderzoekers bij opgravingen mogelijk op de resten van het paleis van koning David gestuit. Als de vondst inderdaad het paleis van koning David betreft, is dat een belangrijke archeologische doorbraak in het onderzoek naar de geschiedenis van Jeruzalem. Veel historici beweren namelijk dat het koninkrijk van David en Salomo, zoals dat in de Bijbel wordt beschreven, nooit heeft bestaan.

Kerkredactie
9 August 2005 09:48Gewijzigd op 14 November 2020 02:50
JERUZALEM – Gezicht op de Davidsstad, waar mogelijk de fundamenten van het paleis van koning David gevonden zijn. Het stadsdeel ligt ten zuiden van de Tempelberg. Rechts de Olijfberg. Foto Bibleplaces.com
JERUZALEM – Gezicht op de Davidsstad, waar mogelijk de fundamenten van het paleis van koning David gevonden zijn. Het stadsdeel ligt ten zuiden van de Tempelberg. Rechts de Olijfberg. Foto Bibleplaces.com

In een groot artikel meldde de gezaghebbende Amerikaanse krant The New York Times vorige week de vondst. De bouwresten zijn gevonden in de zogenaamde Davidsstad, een heuvel die zich ten zuiden van de Oude Stad van Jeruzalem bevindt. Archeologe Eilat Mazar zegt er zeker van te zijn dat zij het huis heeft gevonden dat gebouwd is met materialen van Hiram, de koning van Tyrus.

Aan de opgravingen is tot nu toe weinig publiciteit gegeven om de werkzaamheden ongestoord te laten plaatshebben.

Het gaat volgens archeoloog Gabriel Barkay van de Bar Ilan Universiteit in Jeruzalem om een heel belangrijke ontdekking, omdat er tot voor kort nauwelijks archeologisch materiaal uit de tijd van koning David beschikbaar was.

De onderzoekers hebben in de Davidsstad ook stukken keramiek gevonden die afkomstig zijn uit de elfde eeuw voor Christus.

Het werk van archeologe Mazar wordt gesteund door een conservatief Israëlisch onderzoeksinstituut en gefinancierd door een Amerikaans-joodse investeerder die wil aantonen dat Jeruzalem inderdaad de hoofdstad was van een joods koninkrijk zoals dat in de Bijbel wordt beschreven.

De vondst zal een centrale rol spelen in de discussie tussen historici over de vraag of het koninkrijk van koning David en zijn zoon Salomo een belangrijke plaats heeft ingenomen, of dat het toch voornamelijk een kleinschalig rijk was waarvan de invloed op de wijde omgeving niet groot was.

Bij deze opgravingen gaat het bovendien niet alleen over de betrouwbaarheid van de bijbelse gegevens, maar ook over de politieke vraag of de joden werkelijk hun wortels in het Heilige Land hebben. Veel Palestijnen zeggen dat de verhalen over de joodse geschiedenis niet meer dan mythes zijn, gecreëerd om de bezetting van Palestijns land te rechtvaardigen.

Hani Nur-el-Din, een Palestijnse hoogleraar in de archeologie, zegt dan ook dat hij niet veel waarde hecht aan de vondst in de zogenaamde Davidsstad. Volgens hem proberen de Israëliërs niets anders te doen dan historische vondsten in de bijbelse context in te passen.

Ook Israëlische archeologen hebben nog wel de nodige vragen bij de vondst. Want de nu gevonden resten van een groot bouwwerk kunnen net zo goed de overblijfselen zijn van het paleis dat koning David bouwde als van een fort dat David veroverde op de Jebusieten of van een bouwwerk waarover in de Bijbel niet gesproken wordt.

Toch zijn ook de sceptici geïmponeerd door de omvang van het bouwwerk dat nu gevonden is „Dit is een eerste groet die we hebben van het Jeruzalem uit de tijd van David en Salomo”, aldus archeoloog Barkay. Amihai Mazar, hoogleraar aan de Hebreeuwse Universiteit in Jeruzalem en familie van de archeologe die de vondst heeft gedaan, noemt de ontdekking „een wonder.” Hij zegt te geloven dat het gebouw het Fort Sion is, dat David veroverd heeft op de Jebusieten. „Maar wat Eilat Mazar ook gevonden heeft, het is zeer interessant”, aldus professor Mazar.

Omdat historici die het bestaan van een belangrijk joods koninkrijk onder David en Salomo in twijfel trekken altijd gezegd hebben dat er zelfs geen potscherven uit die tijd gevonden zijn, is ook de vondst van keramiek door Mazar belangrijk. De diepliggende scherven dateert ze tussen de 12e en de 11e eeuw voor Christus, net voor de tijd dat David Jeruzalem veroverde. Boven de plaats waar ze de scherven heeft gevonden, vond ze de fundamenten van het complex dat mogelijk het paleis van koning David is geweest. In een hoekje bij de fundamenten van dat gebouw vond ze aardewerk uit de 10e tot de 9e eeuw voor Christus, de tijd van het koninkrijk Israël.

Naar eigen zeggen vond ze helaas geen vloer, maar volgens Mazar is het wel duidelijk dat het gebouw geconstrueerd is na de tijd waarin het diepst liggende door haar gevonden aardewerk gedateerd moet worden.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer