De zogenaamde dorpsdefensiestrijdkrachten werden begin dit jaar in het leven geroepen door de regering die koning Gyanendra benoemde nadat hij de gekozen regering naar huis had gestuurd. Volgens Amnesty vervaagt daardoor het onderscheid tussen strijders en burgers. In februari openden de maosten de aanval op het zuidwestelijke district Kapilvastu nadat leden van de burgerwacht daar enkele rebellen hadden gedood. Het duurde bijna een week voor het leger een eind maakte aan de gevechten, waarbij 31 dorpelingen werden gedood en meer dan zevenhonderd huizen vernield.

De burgerwacht oefent ook terreur uit in de dorpen, zei Amnesty. Dorpelingen vertelden dat zij met geweld werden gerekruteerd en werden geslagen, dat hun huizen werden doorzocht en vrouwen werden lastiggevallen.