Ds. M. A. Kempeneers uit Elburg: „De godsdienst vond een vruchtbare bodem in het joods-heidense Samaria. Simon de tovenaar stond hoog in aanzien, evenals in onze tijd de idolen, de mensen die de massa bespelen. Maar het Evangelie van het kruis is meer dan wat idolen kunnen bieden”, aldus de predikant.

Ds. Kempeneers opende woensdag de zendingsdag van de christelijke gereformeerde kerk in Elburg met de woorden uit Handelingen 8:8: „En er werd grote blijdschap in die stad.” De dag werd gehouden in de gereformeerde Ichthuskerk.

Ds. J. P. Boiten uit Sliedrecht nam Jesaja 27:12 en 13 als uitgangspunt. De predikant memoreerde dat we ernstige tijden meemaken. „Wanneer wordt óns land getroffen door aanslagen? Ook in de kerk zijn er zorgen als we zien dat zonden worden goedgekeurd en het evolutionisme wordt aangehangen. Met deze ontwikkeling zitten we bij Jesaja. Maar er zal met de bazuin geblazen worden, de klaroen van het Evangelie. Het is bij uitstek zendingstijd. Waar zijn zij die zending bedrijven?”

„De sjofar, de bazuin, diende om het volk op te roepen tot een vergadering”, aldus ds. Boiten. „Als er op de bazuin geblazen werd, was dat het bewijs dat God naar het volk omzag. Mag het blijdschap geven als de bazuin mag klinken? Zalig het volk dat het geklank hoort. Dan zullen ze komen uit Assur en Egypte, zij die van verre zijn. Maar ze mogen komen, zij die menselijk gesproken verloren zijn.”

De geschiedenis van de moorman was het uitgangspunt van de meditatie van ds. A. A. Egas, die vooral het werk van de Geest benadrukte. Door de leiding van de Geest werd Filippus naar hem gezonden. Die mocht hem Jezus verkondigen, de opdracht voor alle dienaren van het woord. „Ik geloof dat Jezus Christus de Zoon van God is”, is het antwoord van de moorman. „Op dat woord mocht de kamerling gedoopt worden”, aldus de christelijk gereformeerde predikant uit Urk.

Ds. D. Heemskerk, hersteld hervormd predikant van Opheusden, sprak over de ontmoeting van Jezus met de Samaritaanse vrouw. „De vrouw is niet hongerig of dorstig, althans niet in geestelijk opzicht. Toch zoekt Jezus haar op.”

De predikant zette uiteen dat de vrouw allereerst wordt gewezen op haar zondige levenswijze. „Ze geeft te kennen dat ze desondanks wel godsdienstig is. In onze tijd zou ze zeggen: Tot welke kerk moet ik behoren? Ook dat haalt Jezus onderuit. Hij wijst er op dat het gaat om aanbidding. De Vader zoekt ook dezulken die Hem aanbidden. Aanbidding is het centrale onderwerp. Het Onze Vader begint met aanbidding en eindigt in lofprijzing. Daartussen mogen wij onze noden neerleggen. Maar de Heere wil bovenal aanbeden worden”, aldus ds. Heemskerk.