Een Brugse schilder in de Tachtigjarige Oorlog
Titel:
”Schildersverdriet”
Auteur: Jacques Kruithof
Uitgeverij: Atlas, Amsterdam/Antwerpen, 2005
ISBN 90 450 1471 8
Pagina’s: 175
Prijs: € 17,50. Dat de grote geschiedenis verwoestingen aanricht in de levens van kleine mensen maakt Jacques Kruithof goed duidelijk in zijn boek ”Schildersverdriet”. Over een Brugse schilder en zijn godvruchtige vrouw die door de godsdiensttwisten van de Tachtigjarige Oorlog bruut van elkaar worden gescheiden.
Kruithof, neerlandicus, wil met een verzameling romans en vertellingen de geschiedenis van een familie in de Nederlanden van 1400 tot heden beschrijven. Eerder verschenen ”Het lied van de houtduif” (1989) en het vijfluik ”Vorige levens” (1999).
”Schildersverdriet” behoort ook tot deze reeks en bestrijkt de periode 1530 tot 1572. Het boek bestaat uit twee delen. In het eerste deel beschrijft Kruithof de gebeurtenissen die de schilder Adriaen van Strijen ertoe brengen de voorganger van de doperse gemeenschap in Brugge aan te geven bij de inquisitie. Een slecht doordachte actie, ingegeven door angst. Want tegelijk met de voorganger wordt de hele gemeente opgepakt, inclusief zijn eigen vrouw Bregje. Adriaen moet lijdzaam toezien hoe de inquisiteurs haar meenemen. Het lijkt een afscheid voor altijd.
Kruithof maakt duidelijk dat de godsdiensttwisten van de Reformatie diep doordrongen in het dagelijks leven. Alles was afhankelijk van de positie die iemand koos: zijn inkomsten, sociale contacten, huwelijk. Kruithof laat voor- en tegenstanders van de Reformatie aan het woord.
In het tweede deel, dat zich 42 jaar later afspeelt, zijn Adriaen en Bregje oud geworden en kijken ze terug op hun leven. „Op haar [Bregjes] leeftijd gebeurde er niets van gewicht meer, alles wàs al gebeurd, of uitgebleven. Om in de ouderdom nog iets mee te maken, moest men in het geheugen teruggaan.”
Na de zware beproeving van haar gevangenschap komt Bregje in Mechelen terecht. Als na vele jaren Adriaen nog steeds onvindbaar is, hertrouwt ze.
Adriaen vertrekt kort na Bregjes arrestatie uit Brugge. Hij keert terug naar zijn geboorteplaats Strijen, waar hij als landman met zijn nieuwe vrouw en hun kinderen een eerzaam leven leidt. Zijn schildersbestaan heeft hij opgegeven. „Tegenover haar leven, dat hij lichtzinnig vernietigd had, kon hij slechts het zijne stellen. Zich verdrinken of verhangen mocht en wilde hij niet, maar hij kon zijn ziel en zaligheid opgeven (…). Hij zou zichzelf uitwissen, nadat hij het Bregje had gedaan.”
Ontmoeting
Toch staat deze beide oude mensen nog een gebeurtenis te wachten waar ze naar uitkijken. Ze hebben allebei een aanwijzing gehad dat de ander misschien nog leeft en dat ze elkaar in Amsterdam kunnen ontmoeten. Met de hoop op hereniging gaan ze op weg naar deze stad.
Daar zet deel twee van ”Schildersverdriet” in. Doordat de schrijver een wisselend perspectief gebruikt, komt de lezer te weten wat Bregje en Adriaen van dit weerzien verwachten.
Bregje hoopt op „een stichtelijk slot”, waarbij ze haar eerste echtgenoot met zachte hand kan leiden in de zuivere leer. Adriaen verwacht er minder van. Het zal een hereniging zijn, „broos en kortstondig.” „Hij verbeeldde zich geen nieuw leven voor hen tweeën: de avond dient bezwaarlijk tot aanvang van een reis, en verven die al met andere substanties gemengd zijn, laten zich zelden nog samen opbrengen.”
Aan het einde van het boek ontmoeten ze elkaar inderdaad weer, voor het eerst in 42 jaar. Maar het is een ander weerzien dan ze zich hadden voorgesteld. En zonder enige hoop.
”Schildersverdriet” bevat weinig spanning. Het boek heeft ook niet veel diepgang. De erotische passages en bloedige slachtpartijen zijn niet erg smaakvol. Voor die laatste beschrijvingen gebruikt Kruithof overigens de ”Nederlandsche historiën” van P. C. Hooft.