Racisme op werkvloer hardnekkig probleem
Vooral op de werkvloer blijkt racisme in Nederland een hardnekkig probleem te zijn. Er is weliswaar goede wetgeving tegen discriminatie, maar de uitvoering daarvan stuit op te veel praktische bezwaren.
Dat concludeert de Europese Commissie tegen Racisme en Intolerantie (ECRI) in een rapportage over Nederland.
De ECRI, een onderdeel van de Raad van Europa, noemt de „arbeidsmarkt een van de terreinen waarop discriminatie in Nederland nog het wijdst verspreid is.” Ook is de onderzoeksgroep bezorgd over het „algemene klimaat voor asielzoekers en immigranten.” Volgens de ECRI blijkt er in de praktijk vaak sprake te zijn van „uitingen van vijandigheid tegenover deze groeperingen.”
De kritiek op Nederland staat niet op zichzelf. De ECRI rapporteert regelmatig over alle 43 lidstaten van de Raad van Europa in Straatsburg. Dinsdag zijn rapporten over Nederland en Rusland gepresenteerd. Vooral de kritiek op van de controle-instantie op Rusland is niet mals. Tsjetsjenen en andere burgers uit de Kaukasische regio hebben, evenals Joden, te lijden onder „aanhoudende” discriminatie.
De Landelijke Vereniging van Anti Discriminatie Bureaus en Meldpunten (LVADB) maakt een kanttekening bij de cijfers van de ECRI. Volgens LVADB-bestuurslid T. Cheijn lijkt het dat Nederland slecht scoort, maar in werkelijkheid blijkt Nederland een veel beter registratiesysteem te hebben dan andere landen. Dat blijkt volgens Cheijn uit de meldingen in andere landen. „Sommige landen hebben nul meldingen”, aldus Cheijn. „Dat is toch vreemd.”
Meldpunten
„Maar dat doet verder niets af aan het feit dat 20 procent van de klachten die bij onze meldpunten binnenkomen betrekking hebben op de arbeidsmarkt. Daarvan heeft een fors deel betrekking op de werkvloer.” Cheijn zegt dat bedrijven nog te weinig zijn ingesteld op de diversiteit van culturen, afgezien van het feit of ze die al in huis hebben. „Als je andere culturen in huis haalt, moet je op z’n minst ook nadenken over het eventueel aanpassen van je bedrijfscultuur.”