„Gif oorzaak van gekte George III”
De vlagen van waanzin waar de Britse koning George III (1738-1820) aan leed, werden wellicht veroorzaakt door een al dan niet opzettelijke vergiftiging met arsenicum.
Dat hebben wetenschappers geconcludeerd na het analyseren van een pluk haar van de koning, afkomstig uit het Science Museum in Londen.
Onderzoekers stelden in 1969 op basis van het ziektebeeld van de koning, die Groot-Brittannië regeerde ten tijde van de Amerikaanse Revolutie en de strijd tegen Napoleon, dat hij leed aan porfyrie, een aandoening die de aanmaak van hemoglobine in het bloed verstoort. De ziekte kan gepaard gaan met vreselijke buikpijn, tijdelijke krankzinnigheid en invaliditeit.
Volgens het nieuwe onderzoek dat deze week in het wetenschappelijk tijdschrift The Lancet is gepubliceerd kwamen de aanvallen die George III van de ziekte kreeg te vaak voor en waren ze veel te heftig voor de gewone vorm van porfyrie. De ziekte kan, aldus wetenschappers van de universiteit van Kent, echter versterkt worden als de patiënt in aanraking komt met bepaalde stoffen. Bij het onderzoek naar het haar van de koning werd een van die stoffen, arsenicum, gevonden.
Tijdens het koningschap van George III, van 1760 tot 1820, beheersten de Britten de wereldzeeën, verloren zij hun winstgevende koloniën in Noord-Amerika, maar wonnen zij de oorlog tegen de Franse keizer Napoleon. George III is echter vooral de geschiedenis ingegaan als de koning die tijdens zijn regeerperiode tot vijf keer toe voor langere tijd volledig krankzinnig werd. In die tijd werd aangenomen dat de koning aan een psychische aandoening leed in plaats van een fysiek probleem.
Het team dat het haar van de koning onderzocht, denkt overigens niet dat de koning opzettelijk door iemand is vergiftigd met zuiver arsenicum. Zijn medische dossiers geven aan dat hij een medicijn kreeg, waar antimoon een bestanddeel van vormde. Antimoon wordt vaak samen met arsenicum uit de grond gehaald. „Door de manier waarop antimoon 200 jaar geleden werd gedolven, was die stof vaak behoorlijk vervuild met arsenicum”, zei Martin Warren, de leider van het onderzoeksteam van de universiteit van Kent. „Ze gaven de koning grote doses antimoon tegen zijn buikpijn. Dat is waarschijnlijk de bron van het arsenicum geweest.”