Ontdekkingstocht door puriteinse landschap
Titel:
”Dit is mijn passie. Hartstocht voor God”
Auteur: Aad Kamsteeg
Uitgeverij: De Vuurbaak, Barneveld
ISBN 90 55602 957
Pagina’s: 160
Prijs: € 13,75. Het behoeft geen betoog dat Aad Kamsteeg een passie heeft. Het is ook geen vraag wat die passie is. Sinds Kamsteeg kennis heeft gemaakt met de opwekkingsbewegingen rondom Whitefield en Edwards en wereldwijd christenen met dezelfde betrokkenheid ontmoet, is hij helemaal aan deze soort van christendom verknocht.
Kamsteeg heeft zich gelaafd aan de puriteinse bronnen in de geschiedenis van onze spiritualiteit. Hij heeft gezien en ervaren dat de geschriften van de puriteinen helemaal geen stoffige boekjes zijn uit een ver verleden, maar dat zij hebben geput uit het onuitputtelijke Woord van de levende God. De ontdekkingen die zij hebben gedaan van de eeuwige werkelijkheden in God zijn niet alleen voor het verleden, maar ook voor het heden. Wat er dan ook veranderd moge zijn, het wezen van de gemeenschap met God is onveranderd. Dat geeft gemeenschap der heiligen, ook met de theologen van het puritanisme.
Opwekking
Omdat Kamsteeg zich persoonlijk aan deze geschriften heeft gelaafd, wil hij daarvan ook uitdelen. Zijn nieuwste boek is daarvan een levend bewijs. Al lezend in ”Dit is mijn passie” proef je de verrassingen die de auteur op zijn ontdekkingstocht tegenkwam. Het is werkelijk een ontdekking voor hem en vanuit de verwondering over zijn ontdekkingen geeft hij de boodschap door.
Om een indruk te geven van de inhoud: het eerste hoofdstuk gaat over het kennen van God. Kamsteeg bedoelt dan geen oppervlakkige kennis van God, maar de ervaringskennis van de Heere. Het gaat om de radicale gerichtheid op de levende God. De onvoorwaardelijke liefde tot Hem en Zijn Naam. In het tweede hoofdstuk wordt het probleem van de zonde nader uitgewerkt. Kamsteeg schroomt niet om te benadrukken dat zondebesef nodig is. In het licht van Gods heiligheid komt onze onheiligheid aan het licht. Met grote betrokkenheid lezen we de geschiedenis van de opwekking in Enfield onder de bediening van het Woord door Jonathan Edwards. In deze benadering proeven we dat de schrijver het huidige oppervlakkige levensklimaat van christenen onder kritiek stelt.
Het volgende hoofdstuk beschrijft ”het feest van genade”. Met grote betrokkenheid probeert de schrijver ons het wonder van de genade duidelijk te maken en te onderstrepen dat Gods genade volkomen is. Allerlei wettische vormen van een CAO-geloof worden tegen het licht gehouden. Het bevrijdende is dat genade niet in mij ligt, maar buiten mij.
Bewogenheid
Na het hoofdstuk over de genade volgt het hoofdstuk over de heiliging. Gods genade is niet goedkoop, maar ook het leven wordt vernieuwd. De inwoning van de Heilige Geest in ons blijft niet onvruchtbaar, maar trekt sporen in ons hele leven. Nederigheid en vergevingsgezindheid zullen de kenmerken van het door de Geest geleide leven zijn. Daarbij komen ook subtiele vormen van werkheiligheid aan de orde, waarin wij onze eigenwaarde uiteindelijk ontlenen aan onze prestaties.
Het vijfde en het zesde hoofdstuk zijn eigenlijk een nadere uitwerking van het vierde hoofdstuk. Daarin gaat het over de bewogenheid met je medemens, de gaven die de Heere heeft gegeven, de omgang met christenen die een ander karakter hebben, de bewogenheid met de ziel van de medemens. Tot slot benadrukt de auteur dat genade ons missionair maakt. Het missionaire dient een soort levenshouding te zijn. Als kerk dienen we niet introvert te zijn, maar een open oog te hebben voor de wereld waarin wij staan.
Verdieping
Ik geloof dat ik hiermee in houtskoollijnen recht heb gedaan aan de boodschap van de auteur. Wat mij betreft gaat hij nog verder door met zijn ontdekkingstocht door het landschap van de puriteinen. Ik krijg de indruk dat zijn kennis van de puriteinen vooral is opgedaan via derden, bijvoorbeeld via D. M. Lloyd-Jones, Tim Keller, J. I. Packer, R. F. Lovelace en John Piper, die hij met regelmaat en instemming citeert. Mijn advies zou zijn: lees de puriteinen persoonlijk. Bijvoorbeeld het werk van John Owen over de gemeenschap met God, het werk van de Heilige Geest of de inwonende zonde. Of John Bunyan over de christenreis naar de eeuwigheid, of de ”Viervoudige staat” van Thomas Boston, of de preken van Edwards over Gods soevereiniteit. Deze geschriften zullen -door Gods Geest- onze theologie en onze persoonlijke beleving verdiepen.