Bekenden in een Zwitserse kerk
Steeds minder predikanten lijken ervoor te voelen om tijdens hun vakantie voor te gaan in Nederlandstalige kerkdiensten in het buitenland. Deze week vertellen vijf predikanten vanaf hun vakantieadres over het leiden van zulke diensten. Kost het hun inspanning of is het juist ontspanning? Allen preekten afgelopen zondag over de grens: in Frankrijk, Zwitserland, Italië en Duitsland. Dinsdag deel 2: ds. A. van Lingen vanuit Reichenbach in Zwitserland. Woensdag deel 3.
Voordat de kerkdienst begint, ontvangt ds. Van Lingen de vakantiegasten bij de ingang. „Sommige mensen herken je nog van voorgaande jaren. Het is voor het derde jaar dat ik in Reichenbach preek.”
Hoe is het om bekenden te ontmoeten? „Het was niet leuk geweest als ik allemaal gemeenteleden had moeten ontvangen”, erkent de hervormde predikant uit Nieuw-Lekkerland. „Maar met mensen die je kent van vorige vakanties heb je een speciale band. Ik bemerk ook dankbaarheid, omdat ik wil preken. Vorig jaar kreeg ik e-mails waarin mensen mij bedankten. Dat geeft voldoening.”
Aan de andere kant ondervindt ds. Van Lingen de spanning die zo’n zondag in het buitenland met zich meebrengt. „Je bent er best druk mee. Ik voel me verantwoordelijk voor de gang van zaken in en rond de kerk. Je bent te gast en Nederlanders gedragen zich niet altijd even rustig. Dat merk je nog meer als je in het buitenland bent.”
Zondag preekte hij uit Openbaring 4, over de troon van God tegenover de macht van de afgrond. „In de vakantie zie je die machtige bergen. Ze zijn door God gemaakt. Hij heeft alles in Zijn hand. Ook als er een ramp plaatsheeft zoals die in Londen.” Een ouderling uit zijn eigen classis was ouderling van dienst. Het opbrengen heeft dan meer zin dan wanneer dit door een wildvreemde gebeurt, is de predikant van mening.
Twee keer per zondag preken betekent voor ds. Van Lingen dat hij geen plaatselijke Zwitserse gemeente kan bezoeken. „Ik zou overigens graag zien dat Nederlanders dat wel deden, vanwege het contact met christenen in andere landen. De gereformeerde gezindte ziet zichzelf vaak als de christenheid van de wereld.
Al zijn we hier in Berner Oberland ook wel eens teleurgesteld in wat we te horen kregen. Dat was niet de prediking van de Christus.” Toch vindt hij dat geen reden om de ontmoeting uit de weg te gaan. „Integendeel. Als we allemaal zouden gaan, zouden er betere contacten ontstaan dan nu het geval is. Zo kun je elkaar beter begrijpen.”
Na één keer luisteren al een oordeel vellen, gaat de predikant te ver. „Je wordt gastvrij ontvangen. Mensen bedanken je uitbundig omdat je in hun dienst aanwezig bent.”
Waarom preekt hij in het buitenland? Ds. Van Lingen: „Om de mensen te dienen. Er zijn Nederlanders die moeite hebben met Duits. En voor de kinderen. Ik heb er zelf twee in de basisschoolleeftijd. Zij vinden het niet leuk om mee te gaan naar een anderstalige kerkdienst.
Maar”, voegt hij hieraan toe, „ik doe het omdat het gevraagd wordt; ik zou het niet zelf organiseren. Ik heb begrip voor collega’s die niet voorgaan in hun vakantie. Maar tegelijk is het jammer, want nu moet ik het doen. Als men in de krant ziet dat ik verschillende keren in Zwitserland preek, wordt er gezegd: O, ds. Van Lingen vindt het zeker leuk om in het buitenland te preken. Maar er is niemand anders.”
De predikant vindt de diensten „behoorlijk belastend. Ik ben hier ook om uit te rusten. Maar achteraf heb ik er voldoening van. Vooraf is het inspannend, achteraf ontspannend dus. Ik heb er geen spijt van.”