„Kamp komt met te weinig informatie”
De Nederlandse troepen doen het goed in Afghanistan. Dat is de mening van een delegatie uit de Tweede Kamer die een driedaags bezoek aan Afghanistan en de Nederlandse troepen heeft gebracht.
„Een indrukwekkende bijdrage”, zei kamerlid B. Koenders (PvdA) vrijdag. Toch vindt hij dat er kanttekeningen zijn te maken bij de operaties Enduring Freedom en ISAF. Koenders gaat minister Kamp van Defensie kritische vragen stellen over beide missies.
„Minister Kamp geeft ons te weinig informatie over de operatie Enduring Freedom”, aldus Koenders. „We kregen daar te horen dat er de afgelopen maanden 400 Taliban-strijders zijn gedood door de coalitietroepen. Daar horen we in Nederland niets over.”
De Tweede-Kamerdelegatie was drie dagen in Afghanistan en bestond uit Koenders (PvdA), Ferrier, De Haan, Jonker (CDA), Van Beek (VVD), Van der Staaij (SGP) en Wilders (Groep Wilders).
Koenders vindt het raar dat Defensie zo geheimzinnig doet over deze informatie, terwijl de leiding van Enduring Freedom heel open is over de cijfers.
Het kamerlid wil ook weten hoe het gesteld is met de bescherming van de mensenrechten van gevangengenomen Afghanen. „We hebben gesproken met de officiële mensenrechtenorganisatie van de Afghaanse regering. Die deed er bij ons haar beklag over dat ze geen toegang krijgt tot de gevangenen”, vertelde Koenders.
Daarnaast plaatst de PvdA’er kanttekeningen bij de ISAF-operatie van de NAVO. „De NAVO functioneert nauwelijks”, meent hij. Zo zijn er te weinig helikopters om het Provinciaal Reconstructieteam (PRT) zijn werk fatsoenlijk te laten doen. „Er zijn wel genoeg helikopters van andere landen, maar die hebben te maken met allerlei restricties, waardoor ze niet ingezet kunnen worden”, aldus Koenders, die vindt dat alle NAVO-landen in Afghanistan te individueel optreden bij de ISAF-operatie.
Hij zal er bij Kamp op aandringen dat deze de problemen met zijn buitenlandse ambtgenoten bespreekt en oplost.
Koenders wil van minister Van Ardenne (Ontwikkelingssamenwerking) ook een aantal dingen weten. „Van het geld dat Nederland aan de reconstructie geeft, gaat 75 procent naar de salarissen van ambtenaren. Dat is veel te eenzijdig. Dat moet anders kunnen”, vindt Koenders.