Voorafgaand aan de begrafenis werd in de Oude Kerk een rouwdienst gehouden. Ds. B. M. Meijndert schetste, als vriend en collega, het leven van de overleden predikant.

Daarna las ds. G. C. Klok uit Putten Psalm 119:1-16. Als tekst voor de begrafenisdienst nam hij de verzen 13 en 14. Volgens de hervormde predikant zijn deze woorden een goede karakterisering van de overledene, omdat ds. Smit met nooit verslappende ijver bezig was in de dienst des Woords. Niet zonder reden stond dezelfde tekst, in de berijmde versie, op de rouwkaart. Psalm 119 vertelt in vele variaties steeds weer over de rijkdom van het Woord van God. Dit kenmerkte ook ds. Smit, zo zei ds. Klok. De overledene had voor zichzelf het geheim en de buit in het Woord van God ontdekt, en hij deed niets liever dan dit aan anderen doorgeven.

Op het graf las ds. Klok Openbaring 21. Na het lezen van de geloofsbelijdenis sprak een zoon van ds. Smit namens de familie een dankwoord.