Aantal vrijwilligers bij brandweer op peil
Het aandeel van vrijwilligers bij de brandweer is in de afgelopen zeven jaar gelijk gebleven en bedraagt ruim 80 procent. Van vergrijzing is nog geen sprake, en de instroom van nieuwe vrijwilligers blijft op peil. Toch geeft bijna eenderde van de korpsen aan veel problemen te hebben bij het vinden van nieuwe manschappen.
Dat blijkt uit een onderzoek van DSP–groep onder bijna 250 brandweerkorpsen in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken. Minister Remkes kreeg het donderdag aangeboden. Actieve werving van nieuwe vrijwilligers blijft volgens de onderzoekers nodig. De voornaamste problemen daarbij zijn de inzetbaarheid overdag en het combineren van het brandweerwerk met het hoofdberoep.
De Nederlandse brandweer telt ruim 22.000 vrijwilligers en bijna 5000 beroepskrachten.
Het benaderen van familie, vrienden of bekenden van korpsleden blijkt de succesvolste wervingsmethode te zijn. Korpsen die zich specifiek richten op de werving van vrouwen en jongeren, melden succespercentages van 75 (jongeren) en 53 (vrouwen). Van de weinige korpsen die allochtone vrijwilligers proberen aan te trekken (5 procent), meldt slechts 8 procent succes.
De steeds hogere eisen en strengere regels die de overheid aan vrijwilligers stelt, kunnen volgens de onderzoekers in de toekomst een bedreiging vormen voor de vrijwillige inzet bij de brandweer. Ook is de zware werkbelasting een probleem. Dat speelt het sterkst voor de onderofficieren. Daarom is te verwachten dat onderofficieren in de komende jaren steeds vaker beroepskrachten zullen zijn, zoals dat ook bij de officieren is gebeurd.
Voor korpsen is het van belang om te investeren in de relatie met de werkgevers van de vrijwillige brandweerlieden, aldus het onderzoek. Uit gesprekken met ondernemingsverenigingen in vier gemeenten blijkt dat het merendeel van de werkgevers bereid is een convenant te ondertekenen waarin de rechten en plichten van brandweer en werkgever zwart op wit staan.