Exodus vanuit het Binnenhof
De dramatische verkiezingsuitslag van vorige week dreunt nog dagelijks door in het Haagse. Woensdag nemen er zo’n 85 kamerleden afscheid van het Binnenhof. Ze wilden niet meer op de lijst staan, ze mochten niet meer op de lijst staan of ze zijn niet herkozen vanwege de politieke aardverschuiving. De exodus vanuit het Binnenhof.
In de gangen waar de fracties van PvdA, VVD en D66 zijn gehuisvest staan grote grijze containers. Van die exemplaren die tweewekelijks door de gemeente huis-aan-huis worden geleegd en waarin het niet-composteerbare afval wordt gedeponeerd. In de Tweede Kamer doen ze dienst als papiercontainers. Ze zitten vol met afgedankte nota’s, vergeelde kamerstukken, verfomfaaide speeches en overtollige brieven. De scheidende kamerleden dumpen alles wat ze niet meer nodig hebben. En als de grote containers vol zijn, gaan politici verder met de kleine prullenbakken. Ook die puilen uit.
Een deel van de papierwinkel blijft in beheer bij de fractie, want mogelijk heeft ook een opvolger iets aan bepaalde dossiers. Het persoonlijke deel gaat in grote dozen mee naar huis. Zowel in de parkeergarage als op het Binnenhof zijn de afgelopen dagen heel wat stationcars volgestouwd.
De sfeer bij de paarse partijen is bedrukt. Het PvdA-kamerlid Depla, die op nummer 41 van de lijst staat, zit vooral vol met vragen. „Waarom hebben we zo veel verloren? Hoe kon het komen dat we van 45 naar 23 kamerzetels zakten?” Hij wrijft eens met zijn handen door het haar. „Ik was samen met twee andere kandidaten -Jeroen Dijsselbloem, nummer 31, en Diederik Samsom, nummer 33- op pad gegaan om studenten in universiteitssteden ervan te overtuigen dat ze PvdA moesten stemmen. Samen vormden we de rode ingenieurs. Het is mislukt.”
Maar Depla geeft de moed niet op: „We gaan met z’n drieën toch het land in. We willen weten wat de echte oorzaak van ons verlies is. Luisteren naar de mensen, dat moeten we in de komende periode vooral gaan doen.” Twee dingen zijn het scheidende kamerlid wel duidelijk: „De PvdA is in de afgelopen jaren te veel een bestuurderspartij geworden. Daarnaast hebben we de toegenomen welvaart onvoldoende vertaald in een kwalitatief betere samenleving. De mensen begrijpen niet dat er ondanks de economische groei wachtlijsten in de zorg bestaan.”
In de gangen van D66 was het dinsdag heel erg rustig. De scheidende kamerleden hadden hun kamers al helemaal leeggeruimd en waren zelf afwezig. De democraten waren dinsdag in de ban van de mededeling dat hun nummer twee van de lijst, demissionair minister Van Boxtel, in navolging van enkele andere oud-bewindslieden afziet van een zetel in de Tweede Kamer.
In de gangen van het CDA heerst een veel opgewektere sfeer. Er zijn weliswaar zeven kamerleden die niet terugkeren -het merendeel omdat ze zelf geen nieuwe termijn ambiëren-, maar de smaak van de eclatante verkiezingsoverwinning maakt alles goed.
Het vertrekkende SGP-kamerlid Van den Berg stond, evenals de meeste CDA’ers, uit eigen keuze niet meer op de lijst, maar dat de staatkundig gereformeerden hun derde zetel -ondanks meer stemmen- kwijtraakten, zorgt voor een dubbel gevoel op de overblijvende SGP-burelen.
Het VVD-kamerlid Cherribi zat dinsdag moederziel alleen in een kale kamer. Zijn spullen zijn al afgevoerd. Hij had dan ook wat langer de tijd. Cherribi kon niet in de Kamer komen, ook al zouden de liberalen een fractie van 100 zetels krijgen; het kamerlid van Marokkaanse afkomst stond namelijk niet op de kandidatenlijst. Dat was overigens tegen zijn zin, want hij was graag doorgegaan. VVD-fractievoorzitter Dijkstal zag het niet meer zitten met de backbencher.
Toch is Cherribi niet verbitterd, maar dat hij niet langer deel van de VVD-fractie uitmaakt zit hem toch niet helemaal lekker. „Ik ben er trots op dat ik acht jaar in het Nederlandse parlement heb gezeten. De Nederlandse democratie is heel bijzonder, alleen de weg ernaartoe is heel moeilijk. Als je geen kruiwagen hebt, kom je er niet.”
De verkiezingsuitslag heeft de liberaal geschokt. Daarbij kijkt hij niet alleen naar zijn eigen partij. Wat hem bijzonder heeft aangegrepen is het verlies van de ChristenUnie en het gedwongen vertrek van het kamerlid Van Middelkoop door de voorkeurstemmen op mevrouw Huizinga. „Het is echt ongelooflijk jammer dat hij weg moet. Als er één kundig politicus hier rondliep, was hij dat. Zijn vertrek is een groot verlies.”
Wat Cherribi na woensdag mei gaat doen, weet hij nog niet. „Ik ben zelf een liberaal moslim. Wat ik graag zou zien is dat er een Europese islam komt, die de scheiding tussen kerk en staat accepteert. Ik wil me daar graag voor inzetten. Ik heb in de achterliggende jaren ook steeds wetenschappelijke artikelen geschreven. Mogelijk komt daar ook nog wat uit voort. Ik heb vele pannetjes op het vuur staan.”
Overigens blijkt dat werkgevers niet staan te springen om ex-kamerleden aan te nemen. Hun ervaring als politicus blijkt op de arbeidsmarkt niet veel waarde te hebben, zo zeggen diverse vertegenwoordigers van bemiddelingsbureaus. Het is van groot belang dat de kamerleden meer dan alleen politieke ervaring hebben. In Het Financieele Dagblad zegt het oud-PvdA-kamerlid Van Zuijlen, die in 2000 uit de Tweede Kamer stapte, dat het bedrijfsleven cynisch staat tegenover ex-politici. „Dat heb ik zelf gemerkt. Als kamerlid heb je een hoog afbreukrisico.” De charme van het kamerlidmaatschap zit volgens haar meer in de persoonlijke groei.
Iemand die niet bang is dat hij buiten de boot zal vallen is het ChristenUnie-kamerlid Slob. Vijftien maanden geleden kwam hij in de Tweede Kamer als opvolger van het GPV-kamerlid Schutte. Dinsdag was Slob zijn boeltje ook aan het pakken. Evenals zijn partijgenoot Stellingwerf, wordt hij morgen niet beëdigd omdat de ChristenUnie in de nieuwe Kamer niet meer dan vier zetels inneemt. Stellingwerf en Slob stonden op de nummers vijf en zes.
„Ik wist op wat voor plaats ik stond. Ik had er rekening mee gehouden, in zekere zin was ik er mentaal op voorbereid. Maar eerlijk is eerlijk, ik zou best graag door willen gaan. Ik voelde me hier als een vis in het water. Mijn ervaring als leraar, als beleidsmedewerker bij het pedagogisch centrum van het vrijgemaakte onderwijs en als raadslid kon ik hier optimaal combineren.”
Slob heeft een terugkeergarantie bij zijn laatste werkgever, maar of hij daar terug zal keren is niet zeker. „Ik heb de laatste weken al verschillende aanbiedingen gehad. Ik wil daar eens rustig over nadenken. Maar dat ik in september geen ander werk heb, dat is uitermate onwaarschijnlijk.”
Voor het scheidende ChristenUnie-kamerlid is de wereld niet ingestort toen het duidelijk werd dat hij zijn werk aan het Binnenhof niet voort mocht zetten. „Ik denk aan de moord op Pim Fortuyn. Ik denk aan de dood van het GroenLinks-kamerlid Harrewijn. Met laatstgenoemde heb ik veel gereisd en veel gesproken. Hij kende de gereformeerde gezindte van binnenuit. Zulke sterfgevallen maken indruk, relativeren veel dingen. Juist in deze dagen merk ik hoe belangrijk het is dat er een fundament in je leven is. Dat je het niet alleen hoeft te dragen. Ik zou het niet kunnen. Het geloof in God geeft mij kracht om te dragen wat ik moet dragen.”