Christelijke identiteit is identiteit in Christus
De kerk in Korea maakt een stormachtige groei door. Veertien jaar geleden werd in een van de wijken van Seoul een nieuwe presbyteriaanse gemeente gesticht. Nu komen er ’s zondags in drie achtereenvolgende diensten 5000 kerkgangers. Deze gemeente is een week lang gastvrouwe voor de zesde internationale conferentie van het International Reformed Theological Institute (IRTI).
Ongeveer tachtig theologen uit landen over de hele wereld nemen deel, met daarbij nog een flink aantal Koreanen: uit Nederland onder anderen prof. dr. M. E. Brinkman, prof. dr. W. Verboom, prof. dr. H. M. Vroom en dr. ir J. van der Graaf. Verder een flink „klompie” uit Zuid-Afrika, uit Amerika onder anderen prof. dr. John Hesseling, uit Namibië ds. C. van Dam (GZB), uit Frankrijk prof. dr. P. Wells, uit Hongarije prof. dr. F. Scüzs en de bisschop van Boedapest, dr. Istvan Szabo, en uit Roemenië ds. S. B. Visky.
Het thema van de conferentie is eenvoudig ”Christelijke identiteit”, contextueel uitgewerkt in hoofdlezingen en in workshops.
Rode-Zeestrategie
In een openingsdienst voor de conferentie ging voor ds. Jong Yun Lee, voorganger van de presbyteraanse gemeente in Seoul. Uitgangspunt was dat bij wereldevangelisatie de plaatselijke gemeente het hart dient te vormen. Daar worden evangelisten geboren, overtuigd van hun roeping en zending. Wezenlijk is geloof in de kracht van het gebed. „Misschien komt de kracht van de Heilige Geest in Korea het meest openbaar in het gebedsleven van de gemeente.”
In zijn vorige gemeente werd hem in het hart gegeven een Rode-Zeestrategie te beginnen. Zoals Mozes een pad kreeg gebaand door de Rode Zee, zo werd hier op het gebed van de gemeente een weg gebaand die leidde tot een dagelijkse toename van de gemeente. Vijftig dagen lang kwam de gemeente om halfzes ’s morgens in morgengebed bijeen. Er kwam in korte tijd een aanwas van 6000 zielen. Voor een groot kerkgebouw kwam het geld direct bijeen.
Lee waarschuwde voor het gevaar concessies te doen met betrekking tot het gezag en de betrouwbaarheid van de Heilige Schrift. Dan valt op vrucht niet te rekenen. En net als in de Vroege Kerk dienen kerkleiders (voorgangers) onzelfzuchtig, heilig, coöperatief, vergevend, liefhebbend en in moreel opzicht betrouwbaar te zijn, met visie op het wereldwijde werk van God. Bovendien moet gehoorzaamheid vóór activiteit gaan, kwaliteit vóór kwantiteit, kracht vóór gave, het eeuwige vóór het tijdelijke en geloof in de historische feiten van het Evangelie vóór theoretische beschouwing.
In Christus
Prof. dr. A. van de Beek, directeur van het IRTI, hield een openingsrede met de titel ”Christelijke identiteit is identiteit in Christus”. In dit verband zette hij in met Zondag 1 van de Heidelberger: een christen is niet meer van zichzelf, maar is met lichaam en ziel het eigendom van Christus. Dat houdt meer in dan dat hij leeft uit de vergeving der zonden. Een mens is uit zichzelf onderworpen aan zonde en dood. Dat is zijn identiteit. Genade is dat Christus Zichzelf in onze plaats in de dood gaf en zo de Zijnen bevrijdt van hun eigen identiteit en hen opneemt in de gemeenschap van Zijn Lichaam, en wel in een eschatologische gemeenschap.
Tegenover de nadruk in kerk en theologie om gerechtigheid in de wereld na te streven, stelde prof. Van de Beek een woord van de kerkvader Irenaeus: „Het is de belangrijkste taak voor christenen om te denken over hun dood.” Dat brengt echter juist tot de overdenking van de dood van Christus, waardoor men naar lichaam en ziel Zijn eigendom kan zijn. Maar zo is gerechtigheid ook uitsluitend gerechtigheid die wordt ontvangen door de dood van Christus. Dat is de doodsteek voor elke ideologie, voor een politiek evangelie of voor elke vorm van moralisme. Christenen behoren tot een andere wereld, tot een nieuwe schepping in Christus. Ze zijn met Christus in de hemel gezet. Dat neemt niet weg dat ze leven uit het geloof dat dít hun menselijk lichaam zal worden gered en zo ook déze wereld. Afsluitend zei hij: Christelijke identiteit is sterven aan de wereld en leven uit de opstanding.
In een korte discussie kwam er ook weerwerk. Is een christen ook niet geroepen zout te zijn in de wereld? Prof. Van de Beek: „Ja, maar zout is niet het voedsel zelf, het bijt.” Een toch wel vooral luthers verhaal, zeiden enkele deelnemers. Hoe het uitwerkt zal in volgende lezingen blijken.
Dit is het eerste verslag vanuit Seoul. Donderdag deel 2.