Ook dient er een betere informatievoorziening te zijn richting publiek, met een langere periode van dubbele prijsaanduiding.

Daarvoor pleit VVD-europarlementariër Maaten, die dinsdag grote steun kreeg van het voltallige Europees Parlement voor een uitgebreide communicatiestrategie over de euro. Maaten vindt bijvoorbeeld dat EU-lidstaten en de Europese Centrale Bank (ECB) tegenover de burger eerlijker hadden moeten zijn over inflatie. „Er is gezegd dat de invoering van de euro niet zou leiden tot prijsstijgingen", stelt Maaten. „Dat is wel het geval geweest. Daar had men eerlijker over moeten zijn".

Volgens Maaten bedroeg de inflatie door de invoering van de euro uiteindelijk maar 0,2 procent. „Veel burgers hebben echter het gevoel dat de prijsstijgingen veel hoger waren. Dat klopt ook voor bepaalde sectoren waarin veel met contant geld wordt betaald, zoals de horeca en de kapper. Daar bedroeg de inflatie zo’n 5 tot 6 procent".

Een jaarrapportage van de ECB zou ook kunnen helpen bij de betere informatievoorziening aan het publiek. Maaten: „Bankiers denken vaak in hun eigen terminologie. Via een jaarlijks rapport over de publieksinformatie zou de ECB gedwongen worden na te denken over de gevolgen van de invoering van de euro voor de gewone consument en het midden- en kleinbedrijf".

Maaten vindt dat in de toekomst meer prijscontroles nodig zijn. Ook zou drie maanden vóór invoering van de eenheidsmunt en een jaar daarna nog de prijsaanduiding in beide valuta moeten worden vermeld om de controle op prijsverhogingen te vereenvoudigen.

Slovenië en drie Baltische landen zouden als eerste van het advies van Maaten kunnen profiteren. Zij zullen de euro in 2007 invoeren. Polen en andere nieuwe lidstaten volgen vermoedelijk tegen 2010.