Kerk & religie

Diep berouw

4 July 2005 08:13Gewijzigd op 14 November 2020 02:43

Er is reden tot blijdschap als de ziel begint beter te worden en gevoelig te herstellen en alle tekenen van gezondheid en leven weer gezien worden.In het bijzonder wanneer het verstand, wat onwetend en duister was, licht ontvangt om een beginsel van leven te zien. Wanneer de wil, die onbuigzaam en opstandig tegen de wil van God was, wordt gebracht tot instemming met die heilige wil, zodat de ziel zegt: „Heere, wat wilt Gij dat ik doen zal?”

Wanneer het hart, dat harder was dan een diamant, komt tot een diep berouw over de zonde en er zo oprecht over treurt als ooit een vader deed over de dood van een bemind en enig kind.

Wanneer de afkeer van God begint te verdwijnen, tenminste niet meer die kracht heeft als voorheen en de gedachten nu veel op God gezet zijn en geestelijke dingen voor de ziel een vermaak beginnen te worden. Wanneer de ziel verlangt naar tijden van afzondering en plichten en wanneer de geveinsdheid van het hart verandert in oprechtheid, zodat wij beginnen te doen „van harte de Heere en niet de mensen.” Ja, wanneer wij consciëntiewerk beginnen te maken van heimelijke zonden en van verborgen plichten. Wanneer wij een gelijke eerbied hebben voor al Gods geboden en ons hart zich bevindt onder het heilig en ontzagwekkend oog van God.

O, wat een aangename tekenen zijn dat! Zeker, al deze zaken zijn in de bekwame hand van die grote Medicijnmeester, Die volmaken zal wat nog ontbreekt.

John Flavel, predikant te Dartmouth (Een heilige in der daad, 1757)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer