Opinie

Zwart protest

1 July 2005 22:56Gewijzigd op 14 November 2020 02:43

Minister van Vreemdelingenzaken en Integratie, dat is de functie van minister Verdonk. Twee jaar geleden uit het politieke niets opgedoken, heeft zij in ieder geval een grote naamsbekendheid weten te verwerven.Maar naamsbekendheid is nog wat anders dan populariteit. Dat bleek gisteren wel, toen de aanwezigen bij de jaarlijkse herdenking van de afschaffing van de slavernij haar toespraak door hun gejoel en geschreeuw onverstaanbaar maakten.

Nu zijn Vreemdelingenzaken en Integratie gevoelige takenpakketten. Bij het eerste gaat het vooral om het beheersen van de asielzoekersstroom en het inlopen van de achterstanden die in het verleden zijn ontstaan. Aan nogal wat mensen die hier dolgraag zouden willen blijven en volop hun best doen om hier te integreren, moet de deur gewezen worden.

Het integratiebeleid richt zich op mensen die hier soms al vele jaren legaal verblijven, maar zich nog weinig ingespannen hebben (althans nog weinig resultaat boekten) om hier in te burgeren. Die moeten onder druk gezet worden om alsnog te integreren.

Kortom, minister Verdonk heeft een portefeuille waarmee zij zich bij haar doelgroepen niet populair maakt. Daarbuiten ligt het anders. Zeker bij haar liberale achterban kan zij op waardering rekenen.

Zij is er een van het type: zachte heelmeesters maken stinkende wonden. Ook bij het asielbeleid zijn de regels niet voor niets opgesteld. Wie aan de gestelde criteria voldoet, mag blijven, wie daar niet aan voldoet, valt buiten de prijzen.

In ieder geval vonden de demonstranten van gisteren (overwegend Surinamers) Verdonk ongeschikt om bij het slavernijmonument als woordvoerder van de regering op te treden. Misschien waren Donner of Remkes minder vijandig onthaald, maar daar kan het kabinet zich toch ook niet door laten leiden. Dan zouden we inderdaad krijgen dat de straat regeert.

Uiteraard kan men begrijpen dat de slavernij onder Surinamers -en zeker onder zwarte Surinamers- een gevoelig punt is. Die slavernij is onmiskenbaar een zwarte bladzijde in de wereldgeschiedenis. De nazaten van de slaven zijn die nog niet vergeten. Dat kan men zich voorstellen. Terecht is daar in Amsterdam een monument voor opgericht. Het heeft eigenlijk veel te lang geduurd voor dat er stond.

Nederlandse handelaren hebben in de 17e en 18e eeuw een niet onbelangrijk aandeel gehad in de winstgevende slavenhandel. Vergeleken met de andere West-Europese landen was Nederland laat met het afschaffen van de slavernij in zijn koloniën. In Suriname duurde dat althans tot 1863.

Dat had allemaal zo niet behoren te zijn. Zeker niet gezien het feit dat Nederland in die tijd toch min of meer een christelijk land was.

Uiteraard moeten we ook hier proberen een adequaat totaalbeeld te krijgen. Dan hoort daar bij dat sommige Afrikaanse vorsten rijk zijn geworden door het aanleveren van slaven aan de blanke handelaren.

En achteraf gezien moet je concluderen dat thans de nazaten van de slaven het vaak beter hebben dan de nazaten van hen die destijds niet uit Afrika werden weggevoerd. Het kan vreemd lopen in de geschiedenis.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer