Dit blijkt uit een donderdag verschenen rapport van het Deense Instituut voor Internationaal Onderzoek.

Er werd met belangstelling uitgekeken naar het rapport, waarvoor de regering vijf jaar geleden opdracht gaf. Velen waren nieuwsgierig naar de wijze waarop Denemarken zich in de Koude Oorlog tegenover de dreiging uit het Oosten had opgesteld. De conclusie van de onderzoekers is niet opzienbarend en bevestigt algemene vermoedens. „De oostelijke mogendheden slaagden er niet in het Deense leger of de Deense autoriteiten te infiltreren”, zegt Svend Aage Christensen, een van de opstellers van het 2350 pagina’s dikke rapport.

Het instituut deed uitvoerig archievenonderzoek in Rusland, Polen en Duitsland. Tussen 1972 en 1988 waren in totaal 26 spionnen van de Oost-Duitse geheime dienst Stasi in Denemarken actief, maar zij slaagden er niet in belangrijke inlichtingen in te winnen. Agenten uit de Sovjet-Unie en Polen konden echter wel uitgebreide verkenningstochten maken en waren in staat militaire installaties van het leger en de NAVO in kaart te brengen.