Binnenland

Halt Nederland kiest ambitieuze agenda

De dreiging van meer marktwerking zorgt bij Halt Nederland, de branchevereniging van de Halt-bureaus, voor een ambitieuze agenda. Ideële motieven zijn er ook. „Jongeren moeten worden opgevoed tot het democratisch burgerschap.”

30 June 2005 16:13Gewijzigd op 14 November 2020 02:42
WEEDA…stevig beetpakken…
WEEDA…stevig beetpakken…

Extra investeringen in preventieve taken, een betere positionering ten opzichte van ketenpartners als de Bureaus Jeugdzorg en de Raad voor de Kinderbescherming én een eventuele uitbreiding van het aantal delicten dat zich leent voor een werkleerstraf. Aan de vijf vingers van zijn hand heeft directeur C. A. P. Weeda van Halt Nederland net genoeg om zijn agenda voor de toekomst uit de doeken te doen.

„Volop werk aan de winkel”, bevestigt Weeda, voor Halt Nederland de zevende directeur in vier jaar tijd.

Zijn zes voorgangers, hoofdzakelijk „interimmers”, beten hun tanden stuk op de ondoorzichtige structuur van de sector. „Onze 58 vestigingen waren vogels van verschillend pluimage. Een deel functioneerde als zelfstandige vestiging, andere hoorden bij een gemeente of een Bureau Jeugdzorg. Organisch was het zo gegroeid, maar het kwam de slagvaardigheid niet ten goede. Het roer moest om.”

Weeda overleefde zijn proeftijd met succes en mag nu het voortouw nemen bij de op handen zijnde reorganisatie. Die moet het aantal vestigingen terugbrengen tot ongeveer 25 -„voor elke politieregio één”- en ervoor zorgen dat heel de sector weer stevig op de kaart wordt gezet.

Uitdagend, vindt de directeur, maar er moet meer gebeuren. „De sector moet ook een rol gaan spelen in het publieke debat.”

vraag (u14(U wilt zich mengen in de discussie over hoe jongeren na een delict moeten worden gestraft. Met welke inzet?

„Onder de wetenschappers die in dit debat domineren, bestaan twee stromingen. De ene zegt: Wat doen we moeilijk. De jeugdcriminaliteit waar de Halt-bureaus mee te maken hebben, zijn gewoon een vorm van kattenkwaad. Zij zien het vooral als gezond, grensoverschrijdend gedrag waar de overheid niet hoeft in te grijpen.

Andere hoogleraren, zoals Micha de Winter, roepen daarentegen op tot een pedagogisch-democratisch offensief en dat is ook onze benadering. Wij pakken dingen beet, bespreken het delict met de dader, sturen aan op excuses en zien erop toe dat de werkleerstraf zo veel mogelijk wordt uitgevoerd op de plaats waar het delict is begaan.

Pleeg je een winkeldiefstal? Help de filiaalchef dan maar eens flink met schoonmaken. Sloop je een bushokje? Help de gemeente dan maar bij de reparatie van het bankje in het groenplantsoen.

Wat wij dus onder de aandacht willen brengen, is dat er op dit moment in Nederland te weinig aandacht is voor de opvoeding van jongeren tot het democratisch burgerschap. Bijna alles is gericht op zelfontplooiing.”

vraag (u14(De Halt-bureaus moeten in de toekomst extra investeren in hun preventieve taken, zei u bij de presentatie van het jaarverslag. Waarom?
„Voor een deel heeft dat ermee te maken dat de subsidierelatie die we nu met de meeste gemeenten hebben binnenkort ophoudt te bestaan. De preventie van jeugdcriminaliteit is een prestatieveld dat gemeenten gaan aanbesteden bij meerdere partijen. Een betere profilering door de bureaus is dus nodig en gewenst.

Daarnaast geloven wij niet dat je alleen met repressie kunt bijdragen aan een veilige en leefbare samenleving. Minstens zo belangrijk is dat je dreigende ontsporingen signaleert en voorkomt.

Op dit moment financiert Justitie helaas alleen het repressieve deel van onze taken. Alles wat we aan preventie doen, moet door gemeenten worden betaald. In mijn ogen laat dat zien dat de overheid de bestrijding van jeugdcriminaliteit te instrumenteel benadert. Het is oppakken, straffen en dan over en uit.”

vraag (u14(Uw laatste punt: de uitbreiding van het aantal delicten dat zich leent voor een werkleerstraf.

„Steeds meer officieren van justitie laten toe dat spijbelaars via scholen een werkleerstraf krijgen opgelegd, iets wat buitengewoon goed blijkt te werken. Ons laatste voorstel is om ook het misbruiken van alarmnummers onder te brengen in deze categorie. 1-1-2 wordt jaarlijks 4 miljoen keer gebeld, waarvan 3 miljoen keer onnodig. Ga maar eens na voor welke overlast dat zorgt.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer