Human Rights Watch haalt uit naar NAVO
De NAVO heeft „veel te weinig” gedaan om de Bosnisch-Servische kopstukken Karadzic en Mladic op te pakken. Dat schreef de mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch (HRW) woensdag, luttele dagen voor de tiende verjaardag van de val van Srebrenica op 11 juli 1995.
„Het aantal keren dat de NAVO echte pogingen heeft gedaan om Karadzic en Mladic op te pakken, zijn op de vingers van één hand te tellen”, aldus Holly Cartner, directeur Europa van HRW. „De autoriteiten moeten weten waar deze mannen zijn. Als zij het niet weten, zijn zij niet echt aan het zoeken.”
HRW wijst erop dat ook de autoriteiten in Bosnië en Servië verantwoordelijk zijn voor het feit dat het tweetal nog niet is opgepakt, bijna tien jaar na de massamoord op meer dan 7000 moslimmannen en -jongens uit Srebrenica.
De door de NAVO geleide vredesmacht SFOR heeft volgens HRW slechts drie bevestigde pogingen gedaan Karadzic op te pakken. De EU-macht Eufor, die in december 2004 het vaandel overnam van SFOR, deed nog geen enkele poging.
Tot medio 1997 stelde de NAVO zich op het standpunt dat de arrestatie van Karadzic en andere verdachten van oorlogsmisdaden niet binnen haar mandaat lag. De verdragsorganisatie gaf naderhand toe dat de angst voor represailles tegen haar troepen de bereidheid om actie te ondernemen heeft ondermijnd.
Volgens Human Rights Watch heeft de NAVO vaak „het excuus aangevoerd” dat de verblijfplaats van Karadzic niet bekend is. Het aantal keren dat Karadzic is gezien, overtreft echter ruimschoots het aantal pogingen om hem op te pakken, aldus HRW. „Tien jaar na ’Srebrenica’ getuigt het feit dat Karadzic nog steeds op vrije voeten is, van een ernstig moreel falen van de NAVO en de internationale gemeenschap”, concludeert Holly Cartner.
Ook de Servische regering krijgt van de mensenrechtenorganisatie een veeg uit de pan. Ratko Mladic verkaste eind jaren ’90 vanuit Bosnië naar Servië. Opeenvolgende Servische regeringen zijn er niet in geslaagd Mladic te arresteren. Volgens HRW wordt de Bosnisch-Servische oud-generaal beschermd door „elementen van het Servische militaire apparaat die buiten de controle van de regering vallen.” Het uitblijven van Mladic’ aanhouding is een „smet op de reputatie van Servië. Het wordt tijd dat Belgrado hem naar Den Haag stuurt”, aldus Cartner.
Een recente verandering in de Servische publieke opinie zou de arrestatie van Mladic dichterbij kunnen brengen, meent Human Rights Watch. De Servische bevolking heeft geschokt gereageerd op onlangs gepubliceerde videobeelden uit juli 1995 waarop te zien is hoe Servische troepen vier jongens en twee mannen uit Srebrenica executeren. „De regering van Servië zou dit momentum moeten aangrijpen om Mladic te arresteren”, schrijft HRW.