„PKN heeft zorgplicht voor onze gemeenten”
AMERSFOORT - Mocht de rechter in de ”verklaring voor recht”-procedure de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) in het gelijk stellen, dan zal de Hersteld Hervormde Kerk (HHK) de rechter vragen uit te spreken dat de PKN een „zorgplicht” heeft ten opzichte van hersteld hervormde gemeenten.
Dat benadrukte preses ds. D. Heemskerk zaterdag tijdens een synode van de HHK, zo blijkt uit een door de HHK uitgegeven persbericht. De synode werd gehouden in de kapel van het Hoornbeeck College in Amersfoort.
„Het moge duidelijk zijn dat onze insteek in de ”verklaring voor recht”-procedure principieel is en blijft”, aldus ds. Heemskerk. „Heeft een kerkenraad het recht om te besluiten buiten de PKN te blijven: ja, of nee? Krachtens Schrift en belijdenis zeggen we: Ja, dat heeft ze. De PKN zegt: Nee, dat heeft ze niet. Onze vraag is: Hoe kijkt de rechter er tegenaan? Zegt de rechter: U heeft dat recht niet, dan is onze volgende vraag: Verklaar dan dat de PKN op grond van haar eigen statuut een zorgplicht heeft ten opzichte van hen die door de synodale besluitvorming buiten alles zijn gezet.”
De synodepreses zei hiermee „niet onze hoop te vestigen op de aardse rechter, maar wel willen we hiermee duidelijk maken dat ook al heeft de PKN juridisch ogenschijnlijk alles keurig geregeld, er toch sprake is van onrecht. Wij vragen met de weduwe uit de gelijkenis: Doe ons recht. Per slot van rekening hebben ook hersteld hervormden sinds jaar en dag deel uitgemaakt van de gemeenten die tot voor 1 mei nog één waren. Durft men echt te beweren dat het ”recht, billijk en redelijk” is als in gemeenten waar het gros van de meelevenden buiten de PKN is gebleven, men ontheemd wordt van alles?”
In zijn openingswoord memoreerde ds. Heemskerk dat ruim een jaar geleden de Protestantse Kerk in Nederland een feit werd. Sindsdien zijn „smartelijke scheuren getrokken door gemeenten, kerkenraden en gezinnen”, aldus de predikant uit Opheusden. „Terugziende op het veelbewogen jaar dat achter ons ligt, mogen we echter toch in ootmoed en verwondering belijden: Eben-Haëzer, tot hiertoe heeft de Heere ons geholpen.” Ds. Heemskerk bond de synode, aldus het persbericht, „de blijvende noodzaak op het hart van ootmoed, wederkeer en kerkherstel.”
De synodepreses deed vervolgens een aantal mededelingen over enkele ontwikkelingen op landelijk niveau. Hij verwees daarbij onder andere naar het feit dat op 1 september aan de Vrije Universiteit in Amsterdam een eigen predikantsopleiding van start zal gaan. Tegelijk is toestemming verkregen tot het vestigen van een bijzondere leerstoel voor de geschiedenis van het gereformeerd piëtisme en is dr. W. J. op ’t Hof uit Nederhemert benoemd tot bijzonder hoogleraar op deze leerstoel. „We hopen dat dit alles onder Gods zegen dienstbaar zal zijn aan de vorming van de aanstaande dienaren des Woords”, aldus ds. Heemskerk.
Mede namens de commissie jeugdwerk deelde hij mee dat G. de Jong (27) uit Schoonrewoerd tot jeugdwerkadviseur is benoemd. De commissie jeugdwerk legt zich op dit moment vooral toe op advisering voor wat betreft ondersteunend werkmateriaal voor het seizoen 2005-2006 en op het beleggen van landelijke ontmoetingen voor leidinggevenden en de organisatie van een landelijke ontmoetingsdag voor jongeren.
Aan de synodeleden werd verder meegedeeld dat het moderamen „met het oog op toekomstige besluitvorming” een commissie beheersregeling in het leven heeft geroepen, die de opdracht kreeg om „onderzoek te doen naar de mogelijkheden om te komen tot een uniforme beheersregeling voor het geheel van de kerk en voorstellen daartoe te ontwikkelen.”
De synode deed verder een groot aantal benoemingen. Zo werden er leden benoemd voor de generale commissie voor het opzicht, de generale commissie voor de behandeling van bezwaren en geschillen en voor de generale visitatie.
Daarnaast besloot de synode om zowel voor het opzicht als voor de behandeling van bezwaren en geschillen drie regionale commissies in te stellen: ”Noord” (classes Noord en Noord-Veluwe), ”Midden” (classes Midden en Oost) en ”Zuid” (classes West, Zuid-West en Zuid-Oost).
Omdat de universitaire docenten per 1 september in dienst van de HHK komen, kunnen zij niet langer deel uitmaken van de commissie opleiding. In hun plaats werd een aantal nieuwe leden benoemd.
Op „vragen vanuit het grondvlak” deelde het moderamen mee zich momenteel te bezinnen op de vraag hoe te komen tot een goede regionale en landelijke structuur voor zowel het diaconaat als het apostolaat. Met het oog op dit laatste was eerder al een commissie zending in het leven geroepen. „We zijn in mei 2004 achtergebleven op de oude fundamenten van de vaderlandse kerk. Het is ons gebed en verlangen, maar ook onze roeping en plicht, om in gehoorzaamheid aan de Koning van de kerk het kerkelijke leven opnieuw te ordenen naar de normen van Schrift en belijdenis. Ook met het oog op de contacten met de andere kerken in de gereformeerde gezindte is orde in eigen huis van groot belang”, aldus de scriba van het moderamen, ds. L. W. Ch. Ruijgrok (Monster), in een toelichting.
De commissie toezicht en financiën presenteerde zaterdag de jaarstukken over 2004. Als orgaan van bijstand van de synode legde deze commissie in 2004 de basis voor de organisatie van het beheer en de financiën. „De coördinatie en uitvoering van deze taken zijn neergelegd bij het in 2004 opgerichte Kerkelijk Bureau te Veenendaal. Naast de verplichte afdrachten aan de landelijke kerk was er ook sprake van een overstelpende stroom giften, zodat het boekjaar 2004, dat liep van 1 mei 2004 tot en met 31 december 2004, positief kon worden afgesloten”, aldus het persbericht.
De voorzitter van deze commissie, ouderling-kerkvoogd K. Bruggeman (Soest), deelde mee dat het jaar 2005 „in het teken staat van het verder vormgeven van procedures en organisatie.” Daarbij verwees hij naar de opleiding van predikanten, de bijzondere leerstoel voor de geschiedenis van het gereformeerd piëtisme, de opbouw van het landelijke jeugdwerk en het beschikbaar stellen van faciliteiten voor gemeenten die een eigen kerkgebouw willen realiseren. „Hij sprak het vertrouwen uit dat ook het jaar 2005 met een bescheiden positief saldo mag worden afgesloten”, aldus de persverklaring.