In de periode 1996–2003 kreeg de politie in Nederland er 8000 extra medewerkers bij. Het budget werd verhoogd met ongeveer 500 miljoen euro. Toch steeg het aantal opgeloste zaken slechts met 5 procent, stellen de onderzoekers.

Hoogleraar Tak zei donderdagavond in het televisieprogramma Netwerk dat de extra menskracht en het extra geld te weinig terecht zijn gekomen bij de opsporingsafdelingen. Ondersteunende diensten en leidinggevenden hebben volgens hem juist onevenredig veel geprofiteerd van de uitbreiding.

Tak vindt dat de agenten op straat, die het meeste risico lopen en het zwaarste werk doen, te weinig waardering krijgen voor hun werk. Juist de politiemensen die op kantoor werken, verdienen het meest. Hij vindt dat daarin verandering moet komen. De hoogleraar pleit er verder voor dat de politie minder bureaucratisch wordt.

De Raad van Hoofdcommissarissen reageerde boos op de conclusies van Tak. „Wij zijn ontstemd", aldus een woordvoerder donderdag. „De prestaties zijn aanmerkelijk verbeterd. Het aantal opgeloste zaken is gestegen en het aantal aangiftes daalt", aldus de zegsman die wijst op diverse onderzoeken en statistieken.

Volgens de zegsman van de raad is geld gebruikt om mensen aan te nemen voor ondersteunende taken zoals het aannemen van aangiftes en de telefoon. Hierdoor kunnen hoger opgeleide en duurdere politiemensen hun werk beter doen, soms ook vanachter een bureau. „Wij zijn het niet eens met het uitgangspunt van Tak. Hij doet voorkomen alsof mensen achter een bureau onzinwerk zitten te doen en je pas een echte politieman bent als je op straat loopt. Dat is aanmatigend. Elke organisatie heeft ondersteuning nodig".