Olie en gas raken op, uranium ook
Fossiele brandstoffen raken op, constateerde een CDA–commissie donderdag terecht. Op korte termijn moet onder meer kernenergie het gat vullen, aldus voorzitter Rietkerk. Maar ook de voorraad uranium is eindig, staat in een onderzoek dat het Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) deze maand heeft afgeleverd.
Olie is de fossiele brandstof met het meeste risico op het ontstaan van een tekort, schrijven de auteurs in het rapport over de beschikbaarheid van energiebronnen in de toekomst.
Nieuwe olievondsten zijn niet groot genoeg om aan de vraag te kunnen blijven voldoen. Met conventionele oliewinning, reserves en nieuwe bronnen, kan de wereld nog ongeveer zestig jaar vooruit. Met nieuwe winmethoden komt daar nog twintig jaar bij, maar met de huidige zekere en geschatte uraniumreserve kunnen kernreactoren ook ’slechts’ 67 jaar vooruit. De gasvooraad gaat nog zo’n 120 jaar mee.
Over de uraniumvoorraad maakt directeur A. Versteegh van het Nederlandse expertisecentrum voor nucleaire energie (NRG) in Petten zich echter geen enkele zorg. Versteegh gaat ervan uit dat er genoeg uranium is de komende eeuw.
Moderne kerncentrales hebben in de toekomst voor dezelfde energieproductie tot vijftig keer minder van de nucleaire brandstof nodig, rekent hij voor. Bovendien wijst hij op het gebruik van thorium, dat in plaats van uranium gebruikt kan worden voor de opwekking van kernenergie. Het is mogelijk om nog 280 jaar op beide splijtstoffen te teren, schrijft ECN.
Met een hoge olieprijs en daarmee een stijgende energierekening is volgens Versteegh een kentering ontstaan in de publieke weerstand tegen onveilige kernenergie. „Kernenergie is zekere en goedkope optie en de prijs van uranium is voor maximimaal 3 procent bepalend. De Nederlander overweegt rationeler".
Versteegh noemt het „logisch" dat de discussie over kernenergie weer is begonnen. „Het is al onze belangrijskte bron voor elektriciteit en is van fundamenteel belang wegens de groeiende bevolking".
Over de olieprijs wenst Versteegh geen voorspellingen te doen. Hij wijst nuchter op een grotere vraag ten opzichte van het aanbod. „De kans dat–ie over twintig jaar hoger is dan nu is reëel". Het productieflafond wordt in het gunstigste scenario bereikt in 2035, redendeert ECN.
Het CDA wil op weg naar duurzame energie. Het onderzoekscentrum wijst in dat verband vooral op het enorme potentieel van zonergie. Windenergie kan wegens de beperkte transportmogelijkheden slechts beperkt bijdragen aan de dreigende tekorten.