Iraakse veiligheidstroepen en Koerdische partijleden hebben met behulp van Amerikaanse militairen in de stad Kirkuk honderden Arabieren en Turkmenen opgepakt. Volgens The Washington Post worden de leden van deze etnische minderheidsgroepen op geheime locaties in het overwegende Koerdische Kirkuk vastgehouden, zo berichtte de krant woensdag.

De krant zegt zich te baseren op familieleden van de ontvoerde mensen. Ook beschikt het blad over documenten waaruit zou blijken dat Amerikaanse regeringsfunctionarissen zich zorgen maken over het illegale karakter van deze praktijken. De acties zouden zijn uitgevoerd door leiders van Koerdische partijen. De Koerdische lokale autoriteiten zouden hiervoor toestemming hebben gegeven.

De ontvoeringen vonden vooral plaats na de verkiezingen van 30 januari toen de positie van de twee belangrijkste Koerdische partijen werd verstrekt.

In het Noord-Iraakse Kirkuk wonen naast de Koerdische bevolking ook veel Arabieren en Turkmenen. De laatste tijd zijn de spanningen tussen deze bevolkingsgroepen toegenomen. De autoriteiten in Kirkuk zijn bezorgd over deze ontwikkeling.

De aanslag van dinsdag gebeurde kort voor de beëdiging van Massoud Barzani tot president van de drie noordelijke Koerdische provincies. Barzani, voorzitter van de Koerdische Democratische Partij (KDP), is de eerste president van de Koerdische regio. Hij benadrukte dinsdag dat het gebied deel van Irak zal blijven.

Behalve in Kirkuk vielen er ook in Kaan, nabij het centraal gelegen Baquba, doden bij een aanval met een autobom voor een politiebureau. Daar kwamen in totaal tien mensen om het leven, onder wie twee kinderen. In de omgeving van de zuidoostelijke stad Kut waren twee politiemannen doelwit van een aanval.

De regering van de Iraakse premier Ibrahim al-Jaafari heeft dinsdag in een vertrouwensstemming de steun gekregen van het Iraakse parlement. Bijna alle aanwezigen in de 275 leden tellende kamer staken hun hand op toen om het vertrouwen werd gevraagd, zei parlementsvoorzitter Hussain al-Shahristani.