Dit blijkt uit onderzoek van het adviesbureau Ernst & Young onder 600 directeuren in Nederlandse bedrijven. Ongeveer 2 procent van de ondervraagden acht de komende twaalf maanden de kans groot op een elektronisch vermogensdelict.

Het merendeel, 65 procent, schat de kans klein in, ondanks alle onheilspellende berichten dat cybercrime steeds omvangrijkere vormen aanneemt. „Kennelijk moeten er eerst kapitale ongelukken gebeuren voordat bedrijven zich realiseren dat ook zij te kloppen zijn door cybercriminelen”, aldus J. Verschuur van Ernst & Young.

Meer vrees is er voor computervirussen. Toch constateren de directeuren dat de overlast van virussen is afgenomen. Zo’n 15 procent van de bedrijven had de afgelopen maand last van een virus. In september was dat nog 28 procent.

Bedrijven doen nog nauwelijks aangifte van cybercrime. Een onderzoek in eigen beheer wordt meestal voldoende geacht. Zo’n 6 procent van de directeuren zegt dat er aangifte is gedaan van criminele handelingen via computerapparatuur. Hierbij gaat het vooral om grote ondernemingen. Kleine bedrijven ondernemen vaak helemaal niets.

De ondervraagden zeggen in de toekomst wel vaker aangifte te willen doen. Verder zijn maatregelen getroffen om de beveiliging van de ict-systemen te garanderen. Ruim driekwart van de bedrijven heeft inmiddels software geïnstalleerd tegen virussen, nog eens driekwart heeft een firewall ingebouwd en 60 procent heeft zich gewapend tegen spyware.

Volgens Ernst & Young is het beveiligingsbewustzijn bij de werknemers van de bedrijven echter nog „ver onder de maat.”