Dat blijkt uit maandag verschenen cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De stijging zette pas vanaf 2001 in en was in de twee volgende jaren sterk. Het begin van deze stijging viel samen met de invoering in 2001 van het actieplan ”Zorg Verzekerd” van het ministerie van Volksgezondheid, meldt het CBS. Dat plan was gericht op het verkorten van de wachtlijsten in de ziekenhuiszorg; er kwam toen extra geld beschikbaar.

Spectaculair was de stijging bij de behandeling van botontkalkingsziekten als heup- en knieartrose, maar ook van spataderen en staar. In negen jaar steeg het aantal personen dat werd opgenomen voor knieartrose met 64 procent, voor heupartrose met 27 procent en voor spataderen met 19 procent. Voor staar steeg het aantal in het ziekenhuis behandelde personen met de helft: van 34 naar 51 per 10.000 inwoners.

Steeds meer vrouwen werden opgenomen in verband met zwangerschapscomplicaties in de periode voor de geboorte: van 80 per 10.000 vrouwen in 1995 naar 113 in 2003. Deze stijging van 41 procent hangt voor een deel samen met een toename van het aantal zwangerschappen, vooral bij oudere en zeer jonge moeders. Volgens het CBS is er nog steeds sprake van een stijging van 23 procent als dat gegeven wordt gecorrigeerd.

Het aantal opgenomen mensen met een acuut hartinfarct nam in de onderzoeksperiode af met 24 procent. Daarentegen moesten er 42 procent meer mensen voor de behandeling van hartritmestoornissen worden opgenomen. Verder blijkt uit de cijfers dat tussen 1995 en 2003 het aantal opgenomen mannen met longkanker met 22 procent afnam, terwijl er bij vrouwen sprake was van een stijging met 42 procent. Het aantal ziekenhuispatiënten met huidkanker steeg van 2,0 naar 3,7 per 10.000 inwoners.

Ook was er een forse groei zichtbaar van mensen die voor het eerst voor een bepaalde aandoening in een ziekenhuisbed lagen. Tussen 2000 en 2003 was er sprake van een jaarlijkse toename, ongeacht diagnose, met ruim 3 procent.